Persoonlijke indirecte object voornaamwoorden in het Spaans Delen Gekopieerd!
Spaans
Leer de persoonlijke indirecte object voornaamwoorden (mij, hem, haar, hen). Op deze pagina vind je voorbeeldzinnen, oefeningen en audiomateriaal.
Wat is een indirect object voornaamwoord?
Indirecte object voornaamwoorden worden gebruikt om aan te geven “aan wie?” of “voor wie?” de actie van een werkwoord wordt uitgevoerd.
- Les enseñamos español. (We leren hen Spaans.)
- Te escribí una carta. (Ik schreef jou een brief.)
- Quiero verle más. (Ik wil hem meer zien.)
Verschil tussen indirecte en directe object voornaamwoorden in het Spaans
Het is makkelijk om de verschillende soorten voornaamwoorden te verwarren, dus begrijpen hoe en wanneer ze te gebruiken is noodzakelijk voor beter begrip en communicatie in het Spaans.
Object voornaamwoord | Oorspronkelijke zin | Spaans | Nederlands |
Indirect (Aan wie/ Voor wie) |
Compré un libro para mi madre. (Ik kocht een boek voor mijn moeder.) |
Le compré un libro. | Ik kocht haar een boek. |
Direct (Wat/Wie) |
Compré un libro. (Ik kocht een boek.) |
Lo compré. | Ik kocht het. |
Zorg ervoor dat je indirecte en directe object voornaamwoorden niet verwart.
Als iets antwoord geeft op "aan wie" of "voor wie" indirect object voornaamwoord
Als iets antwoord geeft op "wat" of "wie" direct object voornaamwoord
Hoe gebruik je indirecte object voornaamwoorden
Het indirect object voornaamwoord komt gewoonlijk voor het werkwoord.
Spaans | Nederlands |
Ella os ha llamado. | Ze heeft jullie gebeld. |
Le estoy escribiendo. | Ik ben haar aan het schrijven. |
Indirecte object voornaamwoorden kunnen na het werkwoord komen met infinitieven, gerundia en bevestigende commando's.
Indirecte object voornaamwoorden: bevestigende commando's in het Spaans
Laten we beginnen met bevestigende commando's.
Spaans | Nederlands |
Dime la verdad. | Vertel mij de waarheid. |
Llámame. | Bel mij. |
Let op dat bij het gebruik van negatieve commando's, het voornaamwoord voor het werkwoord komt, niet erna.
No nos llames tan tarde. (Bel ons niet zo laat.)
Indirecte object voornaamwoorden: gerund in het Spaans
Laten we enkele voorbeelden van indirecte object voornaamwoorden met gerundia bekijken.
Spaans | Nederlands |
Gritándome no vas a solucionar nada. | Tegen mij schreeuwen gaat niets oplossen. |
Eso de dedicarle un poema fue muy bonito. | Het was heel mooi om haar een gedicht te wijden. |
Indirecte object voornaamwoorden: infinitieven in het Spaans
Het voornaamwoord is aan het werkwoord gehecht bij het gebruik van de infinitiefvorm.
Spaans | Nederlands |
¿Por qué mentirle a la cara? | Waarom tegen zijn gezicht liegen? |
Voy a enseñarles a cocinar. | Ik ga hen leren koken. |
Als een infinitief of gerundium een ander werkwoord volgt, kun je kiezen waar je het voornaamwoord plaatst, hetzij voor of na het werkwoord.
Te quiero contar una cosa. (Ik wil je iets vertellen.)
Quiero contarte una cosa. (Ik wil je iets vertellen.)
Oefen indirecte object voornaamwoorden in het Spaans
We zullen oefenen met de zes indirecte object voornaamwoorden in het Spaans met voorbeelden.
Enkelvoudige indirecte object voornaamwoorden (me, te, le)
Hier zijn de drie enkelvoudige indirecte object voornaamwoorden in het Spaans.
Indirect object voornaamwoord (enkelvoud) |
Spaans | Nederlands |
Me (Mij) | Mi mamá me dio un libro. | Mijn moeder gaf mij een boek. |
Te (Jou) | Ella te envió un mensaje. | Zij stuurde jou een bericht. |
Le (Hem/Haar) | Él le dio un regalo. | Hij gaf haar een cadeau. |
Meervoudige indirecte object voornaamwoorden (nos, os, les)
De volgende tabel bevat de drie meervoudige indirecte object voornaamwoorden in het Spaans.
Indirect object voornaamwoord (meervoud) |
Spaans | Nederlands |
Nos (Ons) | Ellos nos llamaron. | Zij belden ons. |
Os (Jullie) | La profesora os mandó a la pizarra. | De lerares stuurde jullie naar het bord. |
Les (Hen) | No les dije nada. | Ik zei hen niets. |
Luisteroefening
We sluiten af met een luisteroefening waarin de indirecte object voornaamwoorden in een dialoog worden toegepast.
Spaans | Nederlands | |
María | ¿Les has avisado sobre la cena de hoy? | Heb je hen verteld over het diner van vanavond? |
Daniel | Sí, les llamé hace un par de horas. | Ja, ik heb hen een paar uur geleden gebeld. |
María | ¡Genial! ¿Me puedes ayudar en la cocina? | Geweldig! Kun je mij helpen in de keuken? |
Daniel | Claro, ¿con qué puedo ayudarte? | Natuurlijk, waarmee kan ik jou helpen? |
María | Sería genial que cortaras las verduras. | Het zou geweldig zijn als je de groenten zou snijden. |
Belangrijkste leerpunten
Hier is een korte samenvatting van deze les.
- Indirecte object voornaamwoorden worden gebruikt om aan te geven “aan wie?” of “voor wie?” de actie van een werkwoord wordt uitgevoerd.
- Het indirecte object voornaamwoord komt meestal voor het werkwoord.
- Indirecte object voornaamwoorden kunnen na het werkwoord komen bij infinitieven, gerundia, en bevestigende commando's."
Abonneer je op onze sociale mediakanalen om gratis dagelijkse oefeningen te krijgen!