Luister- en leesmateriaal
Oefen woordenschat in context met echte materialen.
Woordenschat (15) Delen Gekopieerd!
Oefeningen Delen Gekopieerd!
Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.
Oefening 1: Gespreksoefening
Instructie:
- Nombra el tipo de deporte y di si lo practicas en equipo (o en pareja) o solo. (Noem de sport en zeg of je het in teamverband (of als duo) of alleen doet.)
- ¿Haces deporte? ¿Con qué frecuencia? (Doe je aan sport? Hoe vaak?)
- ¿Te gusta ver deportes? (Hou je van sport kijken?)
Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten
Voorbeeldzinnen:
El voleibol es un deporte de equipo. Volleybal is een teamsport. |
La natación es un deporte individual. Zwemmen is een individuele sport. |
Como deporte practico boxeo. Als sport doe ik aan boksen. |
Me gusta jugar al tenis. Juego al tenis todos los miércoles y sábados. Ik speel graag tennis. Ik speel elke woensdag en zaterdag tennis. |
No me gusta ver deportes. Me canso. Ik kijk niet graag naar sport. Ik word er moe van. |
Me gusta ver partidos de baloncesto. Ik kijk graag naar basketbalwedstrijden. |
... |
Oefening 2: Gesprekskaarten
Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.
Oefening 3: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.
1
El ciclismo
Wielrennen
2
La gimnasia
Turnen
3
El fútbol
Voetbal
4
Nadar
Zwemmen
5
El tenis
Tennis
Oefening 4: Zinnen herschikken
Instructie: Maak correcte zinnen en vertaal.