A2.42: Thuiswerken of op kantoor?

¿Trabajo remoto o la oficina?

Luister- en leesmateriaal

Oefen woordenschat in context met echte materialen.

Woordenschat (14)

 Conectarse (zich verbinden) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Conectarse

Show

Zich verbinden Show

 Desconectarse (zich afmelden) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Desconectarse

Show

Zich afmelden Show

 El teletrabajo: Het telewerken (Spaans)

El teletrabajo

Show

Het telewerken Show

 El equipamiento: De uitrusting (Spaans)

El equipamiento

Show

De uitrusting Show

 La videollamada: De videobel (Spaans)

La videollamada

Show

De videobel Show

 Las herramientas: De gereedschappen, het gereedschap (Spaans)

Las herramientas

Show

De gereedschappen, het gereedschap Show

 Digital: Digitaal (Spaans)

Digital

Show

Digitaal Show

 La plataforma: Het platform (Spaans)

La plataforma

Show

Het platform Show

 La flexibilidad: De flexibiliteit (Spaans)

La flexibilidad

Show

De flexibiliteit Show

 Presencial: Fysiek (Spaans)

Presencial

Show

Fysiek Show

 Remoto: Afgelegen (Spaans)

Remoto

Show

Afgelegen Show

 La conexión: De verbinding (Spaans)

La conexión

Show

De verbinding Show

 El PC: De pc (Spaans)

El PC

Show

De pc Show

 El ordenador portátil: De laptop (Spaans)

El ordenador portátil

Show

De laptop Show

Oefeningen

Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.

Oefening 1: Gespreksoefening

Instructie:

  1. ¿Trabajas en remoto, presencial o ambos? (Werk je op afstand, op locatie of beide?)
  2. Da tu opinión sobre el trabajo remoto. (Geef je mening over werken op afstand.)
  3. ¿Prefieres las videollamadas o las reuniones presenciales? (Heeft u liever videogesprekken of vergaderingen in persoon?)

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten

Voorbeeldzinnen:

Hago ambos. Trabajo desde casa dos días y voy a la oficina tres días.

Ik doe beide. Ik werk twee dagen vanuit huis en ga drie dagen naar kantoor.

Voy a la oficina. Trabajo en persona con mi equipo.

Ik ga naar het kantoor. Ik werk persoonlijk samen met mijn team.

En mi opinión, el trabajo remoto es mejor. Puedo estar más tiempo con mi familia.

Naar mijn mening is thuiswerken beter. Ik kan meer bij mijn familie zijn.

Creo que sí, el trabajo remoto es útil. Puedo trabajar en un lugar tranquilo.

Ik denk van wel, remote werken is nuttig. Ik kan op een rustige plek werken.

Las videollamadas son mejores para mí. Ahorro tiempo y no viajo.

Videogesprekken zijn beter voor mij. Ik bespaar tijd en hoef niet te reizen.

Prefiero las reuniones presenciales. Es más fácil hablar y entender.

Ik geef de voorkeur aan vergaderingen in persoon. Het is makkelijker om te spreken en te begrijpen.

...

Oefening 2: Gesprekskaarten

Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.

Oefening 3: Een woord matchen

Instructie: Kom de vertalingen overeen

En mi opinión, el teletrabajo facilita la flexibilidad laboral. (Naar mijn mening bevordert thuiswerken de arbeidsflexibiliteit.)
Claro que sí, las videollamadas son clave para trabajar a distancia. (Natuurlijk, videovergaderingen zijn essentieel voor werken op afstand.)
No me parece que el equipamiento sea siempre suficiente en casa. (Het lijkt mij niet dat de uitrusting thuis altijd voldoende is.)
Por supuesto que sí, es importante desconectarse después del trabajo. (Natuurlijk is het belangrijk om na het werk los te koppelen.)

Oefening 4: Clusteren van woorden

Instructie: Sleep elk woord naar de categorie waartoe het behoort op basis van de locatie of de manier van werken.

Trabajo en la oficina

Teletrabajo y trabajo remoto

Oefening 5: ¿Cómo expresar opiniones?

Instructie: Vul het juiste woord in.

Grammatica: Hoe geef je je mening?

Toon vertaling Toon antwoorden

No me parece que, no me parece que, claro que sí, en mi opinión, no estoy de acuerdo, estoy de acuerdo, me parece que sí, por supuesto que no

1. Estoy en desacuerdo:
... la conexión sea estable.
(Ik vind niet dat de verbinding stabiel is.)
2. Estoy de acuerdo:
En mi caso, ... es más digital.
(In mijn geval lijkt het mij dat het inderdaad meer digitaal is.)
3. Tengo la misma opinión:
Con esta plataforma, ... totalmente
(Met dit platform ben ik het helemaal eens)
4. Forma personal de opinar:
..., el PC es mejor opción.
(Naar mijn mening is de pc een betere keuze.)
5. No, sin duda:
¿Desconectarse sin guardar? ....
(Afmelden zonder op te slaan? natuurlijk niet.)
6. Sí, con seguridad:
Esta plataforma es útil. ....
(Dit platform is nuttig. Natuurlijk wel.)
7. Estoy en desacuerdo:
... esta herramienta funcione bien.
(Ik denk niet dat dit hulpmiddel goed werkt.)
8. Tengo una opinión diferente:
... con cambiar el ordenador.
(Ik ben het er niet mee eens om de computer te veranderen.)

Grammatica

We geven toe dat het niet het meest opwindende is, maar het is absoluut essentieel (en we beloven dat het zich zal terugbetalen)!

Werkwoordsvervoegingstabellen voor deze les

Estar zijn

Subjuntivo presente

Spaans Nederlands
(yo) esté ik ben
(tú) estés jij bent
(él/ella) esté hij/zij is
(nosotros/nosotras) estemos wij zijn
(vosotros/vosotras) estéis jullie zijn
(ellos/ellas) estén zij zijn

Oefeningen en voorbeeldzinnen

Contestar antwoorden

Subjuntivo presente

Spaans Nederlands
(yo) conteste ik antwoorden
(tú) contestes jij antwoorden
(él/ella) conteste hij/zij antwoorden
(nosotros/nosotras) contestemos wij antwoorden
(vosotros/vosotras) contestéis jullie antwoorden
(ellos/ellas) contesten zij antwoorden

Oefeningen en voorbeeldzinnen

Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!

Wil je vandaag Spaans oefenen? Dat is mogelijk! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.

Schrijf je nu in!

Deze lessen zouden niet mogelijk zijn zonder onze geweldige partners🙏