Luister- en leesmateriaal
Oefen woordenschat in context met echte materialen.
Woordenschat (15) Delen Gekopieerd!
Oefeningen Delen Gekopieerd!
Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.
Oefening 1: Gespreksoefening
Instructie:
- Pregunta cómo ir a un edificio. (Vragen hoe je naar een gebouw gaat.)
- Da instrucciones a los demás. (Geef de anderen aanwijzingen.)
Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten
Voorbeeldzinnen:
¿Hay una parada de autobús cerca? Is er een bushalte in de buurt? |
Sigue recto y luego toma la segunda calle a la izquierda. Ga rechtdoor en neem dan de tweede straat links. |
La estación de tren está al lado del parque. Het treinstation is naast het park. |
¿Sabes dónde está el colegio? Weet je waar de school is? |
Sí, solo tienes que ir recto. Ja, je moet gewoon rechtdoor gaan. |
¿Sabes el camino a la plaza principal? Weet je de weg naar het hoofdplein? |
... |
Oefening 2: Gesprekskaarten
Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.
Oefening 3: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.
1
La estación
Het station
2
El centro
Het centrum
3
El parque
Het park
4
Cerca
Dichtbij
5
A la derecha
Rechts