Luister- en leesmateriaal
Oefen woordenschat in context met echte materialen.
A1.14.1 Diálogo
Planificando las fiestas navideñas con Pedro y Ana
De kerstfeesten plannen met Pedro en Ana
Woordenschat (13) Delen Gekopieerd!
Oefeningen Delen Gekopieerd!
Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.
Oefening 1: Gespreksoefening
Instructie:
- Di el nombre de la festividad y su fecha. (Noem de naam van de feestdag en de datum ervan.)
- ¿Cuáles son tus planes para las fiestas? ¿Con quién vas a pasar las fiestas? (Wat zijn je plannen voor de feestdagen? Met wie ga je het doorbrengen?)
- ¿Qué día es hoy? (Welke dag is het vandaag?)
Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten
Voorbeeldzinnen:
Navidad es el veinticinco de diciembre. Kerstmis is op vijfentwintig december. |
Las vacaciones de verano son en julio y agosto. Zomervakantie is in juli en augustus. |
La Pascua siempre cae en otra fecha. Pasen valt altijd op een andere datum. |
Planeo celebrar la Navidad con mi familia. Ik ben van plan om kerst met mijn familie te vieren. |
Voy a celebrar el Año Nuevo con mis amigos. Ik ga nieuwjaar vieren met mijn vrienden. |
Hoy es catorce de febrero de 2025. Vandaag is het veertiende februari 2025. |
... |
Oefening 2: Zinnen herschikken
Instructie: Maak correcte zinnen en vertaal.
Oefening 3: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.
1
El mes
De maand
2
La Semana Santa
De Goede Week
3
Planear
Plannen
4
La semana
De week
5
La Navidad
Kerstmis
Oefening 4: Werkwoordsvervoeging
Instructie: Kies het juiste werkwoord en de juiste tijd.
empiezas, planea, planeáis, planeamos, planean, empieza, planeo, empezamos
Oefening 5: ¿Cómo se forman las fechas?
Instructie: Vul het juiste woord in.
3 de abril, el 25 de diciembre, el 31 de diciembre, el 12 de octubre, El 10 de mayo, el primero de julio, el 15 de septiembre, 5 de junio
Lesvoorbereiding / huiswerk Delen Gekopieerd!
Grammatica Delen Gekopieerd!
We geven toe dat het niet het meest opwindende is, maar het is absoluut essentieel (en we beloven dat het zich zal terugbetalen)!
Uitgebreide vocabulaire tabel Delen Gekopieerd!
Kernwoordenschat (13): Werkwoorden: 2, Zelfstandige naamwoorden: 11,
Spaans | Nederlands |
---|---|
El Año Nuevo | Het Nieuwjaar |
El año | Het jaar |
El calendario | De kalender |
El día | De dag |
El fin de semana | Het weekend |
El mes | De maand |
Empezar | Beginnen |
La Navidad | Kerstmis |
La Nochevieja | Oud en Nieuw |
La Semana Santa | De Goede Week |
La semana | De week |
Las vacaciones | De vakantie |
Planear | Plannen |
Werkwoordsvervoegingstabellen voor deze les Delen Gekopieerd!
Planear plannen Delen Gekopieerd!
Presente
Spaans | Nederlands |
---|---|
yo planeo | ik plan |
tú planeas | jij plant |
él/ella planea | hij plant |
nosotros/nosotras planeamos | wij plannen |
vosotros/vosotras planeáis | jullie plannen |
ellos/ellas planean | zij plannen |
Empezar beginnen Delen Gekopieerd!
Presente
Spaans | Nederlands |
---|---|
yo empiezo | ik begin |
tú empiezas | jij begint |
él/ella empieza | hij begint |
nosotros/nosotras empezamos | wij beginnen |
vosotros/vosotras empezáis | jullie beginnen |
ellos/ellas empiezan | zij beginnen |
Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!
Wil je vandaag Spaans oefenen? Dat is mogelijk! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.