10K+ studenten - 4.8/5

Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie

A2.40: Gastronomie

Gastronomía

A2.40: Gastronomie

Leerdoelen:

  • Aprende sobre vocabulario de gastronomía (Leer over gastronomische woordenschat)
  • Aprende platos famosos que se piden en un bar (Leer beroemde gerechten die je aan de bar bestelt)
  • El condicional simple: expresar consecuencias de situaciones hipotéticas (El condicional simple: gevolgen van hypothetische situaties uitdrukken)
  • La tortilla de patata: ¿qué tiene de especial? (La tortilla de patata: wat is er zo speciaal aan?)

Leermodule 6 (A2): Estilo de vida (Levensstijl)

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 60 minuten

Kernwoordenschat (10)

 Probar (proberen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Yo pruebo la idea antes de decidir.

(Ik probeer het idee voordat ik beslis.)

Probar

(Proberen)

 Las tapas: De tapas (Spaans)

Probablemente, seguiría probando las tapas hasta estar lleno.

(Waarschijnlijk zou hij doorgaan met het proberen van de tapas totdat hij vol was.)

Las tapas

(De tapas)

 La tortilla: De tortilla (Spaans)

Tienes que probar la tortilla.

(Je moet de tortilla proberen.)

La tortilla

(De tortilla)

 Las patatas bravas: De patatas bravas (Spaans)

Si hiciera buen tiempo, saldríamos a probar las patatas bravas en la terraza.

(Als het mooi weer was, zouden we naar buiten gaan om de patatas bravas op het terras te proberen.)

Las patatas bravas

(De patatas bravas)

 Las patatas fritas: De frietjes (Spaans)

Si probaras las patatas fritas, no podrías parar de comerlas porque son deliciosas.

(Als je de frietjes zou proberen, zou je niet kunnen stoppen met eten omdat ze heerlijk zijn.)

Las patatas fritas

(De frietjes)

 La ración: De portie (Spaans)

Si comprara las tapas, también pediría la ración de croquetas para probar.

(Als ik de tapas zou kopen, zou ik ook de portie kroketten bestellen om te proberen.)

La ración

(De portie)

 El pincho: De pincho (Spaans)

¿Necesitas un pincho?

(Heb je een tapas nodig?)

El pincho

(De pincho)

 Estar lleno: Vol zitten (Spaans)

Si pruebo todas las tapas, probablemente estaré lleno antes de terminar la ración de croquetas.

(Als ik alle tapas proef, ben ik waarschijnlijk vol voordat ik klaar ben met de portie kroketten.)

Estar lleno

(Vol zitten)

 Las croquetas: De kroketten (Spaans)

Si probaras la croqueta, estarías igual de satisfecho que después de una buena clase de cocina.

(Als je de kroket zou proeven, zou je net zo tevreden zijn als na een goede kookles.)

Las croquetas

(De kroketten)

 El jamón: De ham (Spaans)

Si probara el jamón, probablemente diría que es muy delicioso.

(Als ik de ham zou proeven, zou ik waarschijnlijk zeggen dat het erg lekker is.)

El jamón

(De ham)

Woordenlijst (16)

Kernwoordenschat (10): Werkwoorden: 1, Tussenwerpsel: 1, Zelfstandige naamwoorden: 8,
Contextwoordenschat: 6

Spaans Nederlands
Deliciosa Heerlijk
El jamón De ham
El pincho De pincho
Estar lleno Vol zitten
Están llenos Ze zitten vol
La ración De portie
La tortilla De tortilla
Las croquetas De kroketten
Las patatas bravas De patatas bravas
Las patatas fritas De frietjes
Las tapas De tapas
Pinchos Hapjes
Probar Proberen
Probaríamos Zouden wij proeven
Tapa Tapa
Tortilla de patata Aardappelomelet