Luister- en leesmateriaal
Oefen woordenschat in context met echte materialen.
Woordenschat (18) Delen Gekopieerd!
Oefeningen Delen Gekopieerd!
Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.
Oefening 1: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.
1
Contratar
Contracteren
2
La carrera
De carrière
3
Hablar con la jefa
Met de baas praten
4
El contrato
Het contract
5
La entrevista
Het sollicitatiegesprek
Ejercicio 2: Ejercicio de conversación
Instrucción:
- Imagina que entras en la oficina para tu entrevista de trabajo. ¿Qué dices? ¿Cómo te presentas de manera educada? (Stel je voor dat je het kantoor binnenloopt voor je sollicitatiegesprek. Wat zeg je? Hoe stel je jezelf beleefd voor?)
- ¿Qué es importante en una entrevista de trabajo? (Wat is belangrijk bij een sollicitatiegesprek?)
- ¿Cuáles son los aspectos más importantes de un trabajo para ti? (Wat zijn de belangrijkste aspecten van een baan voor jou?)
Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten
Voorbeeldzinnen:
Hola, soy John Smith. Encantado de conocerte. Estoy aquí para la entrevista. Hallo, ik ben John Smith. Aangenaam kennis te maken. Ik ben hier voor het interview. |
Buenas tardes. Soy María López. Tengo una entrevista a las 10 en punto. Es un placer estar aquí. Goedemiddag. Ik ben Maria López. Ik heb om 10 uur een interview. Het is een genoegen hier te zijn. |
Es importante llegar a tiempo a una entrevista de trabajo. Het is belangrijk om op tijd te zijn voor een sollicitatiegesprek. |
Deberías preparar respuestas y hacer preguntas. Je moet antwoorden voorbereiden en vragen stellen. |
El aspecto más importante de un trabajo es el dinero. Necesito un buen sueldo para mantener a mi familia. Het belangrijkste aspect van een baan is het salaris. Ik heb een goed salaris nodig om mijn gezin te onderhouden. |
Para mí es importante que las personas que trabajan en la empresa sean amables. Voor mij is het belangrijk dat de mensen die in het bedrijf werken, aardig zijn. |
... |
Oefening 3: Gesprekskaarten
Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.
Oefening 4: Meerkeuze
Instructie: Kies de juiste oplossing
1. ________ bien para la entrevista de trabajo.
(________ je goed voor op het sollicitatiegesprek.)2. ________ claramente sobre tu experiencia laboral.
(________ duidelijk over je werkervaring.)3. ________ todos los beneficios que ofrecéis.
(________ alle voordelen die jullie aanbieden.)4. ________ con confianza y sé amable con el jefe.
(________ jezelf vol vertrouwen voor en wees vriendelijk tegen de baas.)Oefening 5: Je voorbereiden op het sollicitatiegesprek
Instructie:
Werkwoordschema's
Prepararse - Zich voorbereiden
Imperativo afirmativo informal
- (tú) prepárate
- (vosotros) preparaos
Llegar - Aankomen
Presente
- yo llego
- tú llegas
- él/ella/Ud. llega
- nosotros llegamos
- vosotros llegáis
- ellos/ellas/Uds. llegan
Presentarse - Zich voorstellen
Imperativo afirmativo informal
- (tú) préséntate
- (vosotros) presentaos
Hablar - Praten
Imperativo afirmativo informal
- (tú) habla
- (vosotros) hablad
Contar - Vertellen
Presente
- yo cuento
- tú cuentas
- él/ella/Ud. cuenta
- nosotros contamos
- vosotros contáis
- ellos/ellas/Uds. cuentan
Ser - Zijn
Presente
- yo soy
- tú eres
- él/ella/Ud. es
- nosotros somos
- vosotros sois
- ellos/ellas/Uds. son
Oefening 6: Imperativo afirmativo informal: "Tú" y "Vosotros"
Instructie: Vul het juiste woord in.
Grammatica: Informele bevestigende imperatief: "Tú" en "Vosotros"
Toon vertaling Toon antwoordenPreséntate, Presentaos, Firmad, Memorizad, Contad, Cuenta, Habla, Preparadlo
Grammatica Delen Gekopieerd!
We geven toe dat het niet het meest opwindende is, maar het is absoluut essentieel (en we beloven dat het zich zal terugbetalen)!
A2.38.2 Gramática
Imperativo afirmativo informal: "Tú" y "Vosotros"
Informele bevestigende imperatief: "Tú" en "Vosotros"
Werkwoordsvervoegingstabellen voor deze les Delen Gekopieerd!
Presentarse zich voorstellen Delen Gekopieerd!
Imperativo
Spaans | Nederlands |
---|---|
Preséntate! | Hij stelt zich voor |
Preséntate! | Hij stelt zich voor |
Preséntese! | jij stelt je voor |
Presentémonos! | jullie stel je voor |
Presentaos! | stel je voor |
Contar tellen Delen Gekopieerd!
Imperativo
Spaans | Nederlands |
---|---|
No existe forma imperativa afirmativa para 'yo'. | Er is geen gebiedende wijs in de bevestigende vorm voor 'ik'. |
¡Cuenta! | jij telt |
¡Cuente! | hij telt |
¡Contemos! | Laten wij tellen |
¡Contad! | jullie tellen |
Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!
Wil je vandaag Spaans oefenen? Dat is mogelijk! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.