Oír (horen) - Imperativo, imperativo (Imperatief, imperatief) Delen Gekopieerd!

Oír - Vervoeging van Oír in het Spaans: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de gebiedende wijs, gebiedende wijs tijd (Imperativo, imperativo).
Imperativo, imperativo (Imperatief, imperatief)
Alle vervoegingen en tijden: Oír (horen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Lesprogramma: Spaanse les - Sentidos y percepción (Zintuigen en waarnemen)
Vervoeging van horen in de gebiedende wijs
Spaans | Nederlands |
---|---|
OYE! | hoor |
OIGA! | Hoor! |
OIGAMOS! | Laten we horen |
OÍD! | hoor |
OIGAN! | zij luisteren |
Voorbeeldzinnen
Spaans | Nederlands |
---|---|
Oye el ruido de la ciudad. | Hoor het geluid van de stad. |
Oiga la voz de la profesora. | Hij hoort de stem van de lerares. |
Oigamos el silencio de la noche. | Laten we de stilte van de nacht horen. |
Oíd los sonidos dulces del aula. | Hoor de zoete klanken van het klaslokaal. |
Oigan el suave sonido del viento. | Hoor het zachte geluid van de wind. |
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie: Kies de juiste vorm.
oiga, oigan, oigamos, oye
1.
... el ruido de la ciudad.
(Hoor het geluid van de stad.)
2.
... la voz de la profesora.
(Hij hoort de stem van de lerares.)
3.
... el silencio de la noche.
(Laten we de stilte van de nacht horen.)
4.
... el suave sonido del viento.
(Hoor het zachte geluid van de wind.)