10K+ studenten - 4.8/5

Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie

A2.24: Op uitwisseling gaan

Realizando un intercambio

A2.24: Op uitwisseling gaan

Leerdoelen:

  • Habla sobre hacer un intercambio (Praat over het doen van een uitwisseling)
  • Organizar tu estancia en el extranjero (Je verblijf in het buitenland organiseren)
  • Expresar lo positivo y lo negativo (Het positieve en het negatieve uitdrukken)
  • Intercambio universitario en España: los destinos más buscados (Universitaire uitwisseling in Spanje: de meest populaire bestemmingen)

Leermodule 4 (A2): Trabajar y estudiar (Werk en studie)

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 60 minuten

Oefeningen

Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.

Oefening 1: Vind de woorden

Instructie: Vind de woorden, markeer ze en maak zinnen met de woorden.

Tips

De beurs , Slecht , Buitenlands , Goed , De kans , De uitwisseling

e x m m a l u g j b i v l a o p o r t u n i d a d s r u t q o e l i n t e r c a m b i o n p q v r x b i e n e a l x v i l a b e c a m w d r w k e x t r a n j e r o s k y

Antwoorden

Score: 0/6

Bien (Goed)
La beca (De beurs)
La oportunidad (De kans)
Extranjero (Buitenlands)
El intercambio (De uitwisseling)
Mal (Slecht)

Oefening 2: Zinnen herschikken

Instructie: De woorden in deze zinnen zijn gehusseld! Sorteer ze zodat ze weer een geldige zin vormen en vertaal.

Toon vertaling
1. oportunidades para | mejorar el | ofrecen muchas | idioma. | Las becas
Las becas ofrecen muchas oportunidades para mejorar el idioma.
(Beurzen bieden veel mogelijkheden om de taalvaardigheid te verbeteren.)
2. para estudiar | país. | de becas | en otro | Las oportunidades | son importantes
Las oportunidades de becas son importantes para estudiar en otro país.
(Studiebeurzen zijn belangrijk om in een ander land te studeren.)
3. como malas, pero | siempre son una | el extranjero pueden | Las aventuras en | experiencia valiosa. | ser tanto buenas
Las aventuras en el extranjero pueden ser tanto buenas como malas, pero siempre son una experiencia valiosa.
(De avonturen in het buitenland kunnen zowel goed als slecht zijn, maar ze zijn altijd een waardevolle ervaring.)
4. para aprender | oportunidad increíble | el idioma. | del intercambio | La aventura | fue una
La aventura del intercambio fue una oportunidad increíble para aprender el idioma.
(Het avontuur van de uitwisseling was een ongelooflijke kans om de taal te leren.)
5. buenas para | de las | Las oportunidades | nuevos estudiantes. | becas son
Las oportunidades de las becas son buenas para nuevos estudiantes.
(De kansen op beurzen zijn goed voor nieuwe studenten.)
6. extranjero. | es una | en el | para estudiar | oportunidad increíble | La beca
La beca es una oportunidad increíble para estudiar en el extranjero.
(De beurs is een ongelooflijke kans om in het buitenland te studeren.)
7. el | salió | intercambio. | Todo | durante | bien
Todo salió bien durante el intercambio.
(Alles ging goed tijdens de uitwisseling.)

Oefening 3: Vertaal en gebruik in een zin

Instructie: Vertaal en spreek het woord hardop uit. Gebruik het woord in een zin.

Toon vertaling
1. El idioma
(De taal)
2. Mandar
(Sturen)
3. Mal
(Slecht)
4. Bueno
(Goed)
5. La oportunidad
(De kans)
6. El intercambio
(De uitwisseling)
7. Extranjero
(Buitenlands)
8. La aventura
(Het avontuur)

Oefening 4: Vertaal en maak zinnen

Instructie: Vertaal de woorden en zinnen hieronder en gebruik ze in een gesprek of tekst.

1. Las becas ofrecen muchas oportunidades para mejorar el idioma.
Beurzen bieden veel mogelijkheden om de taalvaardigheid te verbeteren.
2. Las oportunidades de becas son importantes para estudiar en otro país.
Studiebeurzen zijn belangrijk om in een ander land te studeren.
3. Las aventuras en el extranjero pueden ser tanto buenas como malas, pero siempre son una experiencia valiosa.
De avonturen in het buitenland kunnen zowel goed als slecht zijn, maar ze zijn altijd een waardevolle ervaring.
4. La aventura del intercambio fue una oportunidad increíble para aprender el idioma.
Het avontuur van de uitwisseling was een ongelooflijke kans om de taal te leren.
5. Las oportunidades de las becas son buenas para nuevos estudiantes.
De kansen op beurzen zijn goed voor nieuwe studenten.
6. La beca es una oportunidad increíble para estudiar en el extranjero.
De beurs is een ongelooflijke kans om in het buitenland te studeren.
7. Todo salió bien durante el intercambio.
Alles ging goed tijdens de uitwisseling.
8. Los libros que usamos en el intercambio son buenos.
De boeken die we gebruiken bij de uitwisseling zijn goed.

Oefening 5: Conjugación verbal

Instructie: Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.

Toon antwoorden Toon vertaling

Confirmar (Pretérito indefinido, indicativo), Confirmar (Pretérito perfecto, indicativo)

1. Vosotros ... la reserva del vuelo.

Vosotros habéis confirmado la reserva del vuelo.
(Jullie hebben de vluchtreservering bevestigd.)

2. Nosotros ... que la excursión al bosque fue divertida.

Nosotros confirmamos que la excursión al bosque fue divertida.
(We hebben bevestigd dat het bosuitje leuk was.)

3. Yo ... la reserva en el camping.

Yo he confirmado la reserva en el camping.
(Ik heb de reservering op de camping bevestigd.)

4. Él ... la salida del grupo al campo.

Él confirmó la salida del grupo al campo.
(Hij heeft de vertrek van de groep naar het veld bevestigd.)

5. Tú ... tu participación en la excursión.

Tú has confirmado tu participación en la excursión.
(Je hebt je deelname aan de excursie bevestigd.)

6. Ella ... la compra de la maleta.

Ella ha confirmado la compra de la maleta.
(Zij heeft de aankoop van de koffer bevestigd.)

7. Vosotros ... que la agencia de viajes estaba cerrada.

Vosotros confirmasteis que la agencia de viajes estaba cerrada.
(Jullie bevestigden dat het reisbureau gesloten was.)

8. Nosotros ... la visita a la oficina de turismo.

Nosotros hemos confirmado la visita a la oficina de turismo.
(Wij hebben het bezoek aan het toerismekantoor bevestigd.)

Oefening 6: Het positieve en het negatieve uitdrukken

Instructie: Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.

Toon antwoorden Toon vertaling

Está bien, Es bueno, Es malo, Está mal

1. Negativo (estar): ... viajar sin confirmar la reserva de tu alojamiento.

Está mal viajar sin confirmar la reserva de tu alojamiento.
(Het is slecht om te reizen zonder de reservering van je accommodatie te bevestigen.)

2. Positivo (estar): ... mandar un correo de agradecimiento después de recibir la beca.

Está bien mandar un correo de agradecimiento después de recibir la beca.
(Het is goed om een bedankmail te sturen nadat je de beurs hebt ontvangen.)

3. Positivo (estar): ... aprovechar la oportunidad de la beca para estudiar en el extranjero.

Está bien aprovechar la oportunidad de la beca para estudiar en el extranjero.
(Het is goed om de kans van de beurs te benutten om in het buitenland te studeren.)

4. Negativo (estar): ... no comunicarte con tus compañeros de intercambio sobre los planes de la aventura.

Está mal no comunicarte con tus compañeros de intercambio sobre los planes de la aventura.
(Het is slecht om niet met je uitwisselingspartners te overleggen over de plannen voor het avontuur.)

5. Positivo (estar): ... aprender un nuevo idioma antes de participar en un intercambio cultural.

Está bien aprender un nuevo idioma antes de participar en un intercambio cultural.
(Het is goed om een nieuwe taal te leren voordat je aan een culturele uitwisseling deelneemt.)

6. Positivo (estar): ... aprovechar cada oportunidad de hacer nuevos amigos durante tu aventura en el extranjero.

Está bien aprovechar cada oportunidad de hacer nuevos amigos durante tu aventura en el extranjero.
(Het is goed om elke kans te benutten om nieuwe vrienden te maken tijdens je avontuur in het buitenland.)

7. Positivo (ser): ... probar nuevas comidas cuando estás en un intercambio cultural.

Es bueno probar nuevas comidas cuando estás en un intercambio cultural.
(Het is goed om nieuwe gerechten te proberen tijdens een culturele uitwisseling.)

8. Negativo (estar): ... no prepararse antes de una aventura en un país extranjero.

Está mal no prepararse antes de una aventura en un país extranjero.
(Het is verkeerd om zich niet voor te bereiden op een avontuur in een vreemd land.)

9. Negativo (ser): ... no aprovechar la oportunidad de practicar el idioma durante tu intercambio.

Es malo no aprovechar la oportunidad de practicar el idioma durante tu intercambio.
(Het is slecht om de kans niet te benutten om tijdens je uitwisseling de taal te oefenen.)

10. Positivo (ser): ... confirmar todos los detalles de viaje antes de salir al extranjero.

Es bueno confirmar todos los detalles de viaje antes de salir al extranjero.
(Het is goed om alle reisdetails te bevestigen voordat je naar het buitenland gaat.)

Oefening 7: Vertaal en maak zinnen

Instructie: Vertaal de woorden en zinnen hieronder en gebruik ze in een gesprek of tekst.

1. De kansen op beurzen zijn goed voor nieuwe studenten.
Las oportunidades de las becas son buenas para nuevos estudiantes.
2. De avonturen in het buitenland kunnen zowel goed als slecht zijn, maar ze zijn altijd een waardevolle ervaring.
Las aventuras en el extranjero pueden ser tanto buenas como malas, pero siempre son una experiencia valiosa.
3. Alles ging goed tijdens de uitwisseling.
Todo salió bien durante el intercambio.
4. Studiebeurzen zijn belangrijk om in een ander land te studeren.
Las oportunidades de becas son importantes para estudiar en otro país.
5. De beurs is een ongelooflijke kans om in het buitenland te studeren.
La beca es una oportunidad increíble para estudiar en el extranjero.
6. Beurzen bieden veel mogelijkheden om de taalvaardigheid te verbeteren.
Las becas ofrecen muchas oportunidades para mejorar el idioma.
7. De boeken die we gebruiken bij de uitwisseling zijn goed.
Los libros que usamos en el intercambio son buenos.
8. Het avontuur van de uitwisseling was een ongelooflijke kans om de taal te leren.
La aventura del intercambio fue una oportunidad increíble para aprender el idioma.