Amor y amistad
Leerdoelen:
- Describe las relaciones (amistades y las románticas) (Beschrijf relaties (vriendschappen en romantische relaties))
- Conjugación de verbos regulares: "-ar, -er, -ir" (Vervoeging van regelmatige werkwoorden: "-ar, -er, -ir")
- Veinte Poemas de Amor y una Canción Desesperada (Twintig Liefdesgedichten en een Wanhoopslied)
Leermodule 1 (A1): Presentarse (Jezelf voorstellen)
Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 60 minuten
Oefeningen
Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.
Oefening 1: Vind de woorden
Instructie: Vind de woorden, markeer ze en maak zinnen met de woorden.
Antwoorden tonen Toon hintsTips
De bruid , Ik hou van je , Scheiden , Vertrouwen , De relatie , De vriend
Antwoorden
Score: 0/6
Confiar | (Vertrouwen) |
La relación | (De relatie) |
El amigo | (De vriend) |
Divorciarse | (Scheiden) |
Te quiero | (Ik hou van je) |
La novia | (De bruid) |
Oefening 2: Zinnen herschikken
Instructie: De woorden in deze zinnen zijn gehusseld! Sorteer ze zodat ze weer een geldige zin vormen en vertaal.
Toon antwoorden Toon vertalingOefening 3: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Vertaal en spreek het woord hardop uit. Gebruik het woord in een zin.
Toon vertaling
1.
Romper
|
(Breken) |
2.
Casarse
|
(Trouwen) |
3.
Mejores amigos
|
(Beste vrienden) |
4.
Amar
|
(Beminnen) |
5.
Divorciarse
|
(Scheiden) |
6.
La amistad
|
(De vriendschap) |
7.
La pareja
|
(Het paar) |
8.
Discutir
|
(Discussiëren) |
Oefening 4: Vertaal en maak zinnen
Instructie: Vertaal de woorden en zinnen hieronder en gebruik ze in een gesprek of tekst.
Toon antwoordenOefening 5: Conjugación verbal
Instructie: Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden Toon vertalingComprender (Presente, indicativo), Amar (Presente, indicativo)
1. Yo ... la música.
2. Ellos ... el deporte.
3. Nosotros ... viajar.
4. Nosotros ... las reglas.
5. Ellos ... la explicación.
6. Tú ... los libros.
7. Tú ... el problema.
8. Vosotros ... las películas.
Oefening 6: Vervoeging van regelmatige werkwoorden: "-ar, -er, -ir"
Instructie: Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden Toon vertalingtrabajan, vivís, trabajamos, comprendemos, comprende, ama, vives, viven, comprendo, confía
1. Vosotros ... en una ciudad.
2. Él ... en su amigo.
3. Ella ... a su novio.
4. Tú ... con tu pareja.
5. Ellos ... el fin de semana.
6. Ella ... a su esposo.
7. Nosotros ... en la oficina.
8. Ellos ... con sus padres.
9. Nosotros ... la situación.
10. Yo ... el francés.
Oefening 7: Vertaal en maak zinnen
Instructie: Vertaal de woorden en zinnen hieronder en gebruik ze in een gesprek of tekst.
Toon antwoorden