Spaans B1.30.1 Dromen van een eigen huis: Laten we het hebben over het budget Delen Gekopieerd!
Pedro en Ana praten over hun persoonlijke budget om een huis te kopen, met gebruik van kernwoorden en ondergeschikte zelfstandige bijzinnen.
Diálogo: Sueños de casa propia: Hablemos del presupuesto
Pedro y Ana hablan de su presupuesto personal para comprar una casa, usando vocabulario clave y oraciones subordinadas sustantivas.

B1 Spaans
Niveau: B1
Module 5: Vida adulta (Volwassen leven)
Les 30: Presupuesto personal (Persoonlijk budget)
Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten
Audio en video
Gesprek
1. | Pedro: | Quiero invertir en una casa pero primero tenemos que organizar el presupuesto. | (Ik wil investeren in een huis, maar eerst moeten we het budget organiseren.) |
2. | Ana: | Sí necesitamos calcular todo lo que gastamos antes de tomar una decisión. | (Ja, we moeten alles berekenen wat we uitgeven voordat we een beslissing nemen.) |
3. | Pedro: | También debemos pensar si pedimos un préstamo o usamos nuestros ahorros. | (We moeten ook nadenken of we een lening aanvragen of onze spaargelden gebruiken.) |
4. | Ana: | Yo prefiero que evitemos pedir hipoteca . | (Ik geef de voorkeur eraan dat we het aanvragen van een hypotheek vermijden.) |
5. | Pedro: | Para eso deberíamos abrir una cuenta de ahorros para la casa. | (Daarvoor zouden we een spaarrekening voor het huis moeten openen.) |
6. | Ana: | Podríamos revisar nuestros intereses para ver si nos conviene más ahorrar o pedir el préstamo. | (We zouden onze interesses kunnen herzien om te zien of het beter is om te sparen of een lening aan te vragen.) |
7. | Pedro: | Es importante hacer un plan de pago mensual para no tener problemas con el presupuesto. | (Het is belangrijk om een maandelijks betalingsplan te maken om geen problemen met het budget te krijgen.) |
8. | Ana: | De acuerdo y podríamos revisar anualmente lo que gastamos para evitar sorpresas. | (Oke, en we zouden jaarlijks kunnen bekijken wat we uitgeven om verrassingen te voorkomen.) |
9. | Pedro: | También sería bueno pedir un cheque en el banco para ver cuánto podemos permitirnos. | (Het zou ook goed zijn om een cheque bij de bank aan te vragen om te zien hoeveel we ons kunnen veroorloven.) |
10. | Ana: | Claro quiero que el presupuesto esté bien claro antes de tomar cualquier decisión. | (Natuurlijk wil ik dat het budget helemaal duidelijk is voordat we een beslissing nemen.) |