10K+ studenten - 4.8/5

Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie

Spaans A2.15: Wandelen en bergen - herhalingsoefeningen

Deze oefeningen kunnen samen met de docent worden gedaan om de les te beginnen.

Terug naar les

Deze oefeningen herhalen de laatste 5 lessen en kunnen aan het begin van de les of als huiswerk worden gedaan ter voorbereiding van de les.

Oefening 1: Grammatica-herhalingsoefening (laatste 5 lessen)

Instructie: Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.

Toon antwoorden Toon vertaling

junto, desde, a, plantado, fascinante

1. Al ver un arcoíris, Juan dice: "¡Qué ... es la naturaleza!"

Al ver un arcoíris, Juan dice: "¡Qué fascinante es la naturaleza!"
( used during language lessons for Spanish on A2 level. Use the vocabulary as used in The Netherlands">Vertaling laden...)

2. Viajamos ... la isla para admirar su naturaleza.

Viajamos a la isla para admirar su naturaleza.
(We reizen naar het eiland om de natuur te bewonderen.)

3. La ciudad tiene un parque enorme ... a la plaza.

La ciudad tiene un parque enorme junto a la plaza.
(De stad heeft een enorm park naast het plein.)

4. Plantar: El narciso que hemos ... es mi flor favorita.

El narciso que hemos plantado es mi flor favorita.
( used during language lessons for Spanish on A2 level. Use the vocabulary as used in The Netherlands">Vertaling laden...)

5. Empezamos nuestro viaje ... el sur de España.

Empezamos nuestro viaje desde el sur de España.
(We beginnen onze reis vanuit het zuiden van Spanje.)

Oefening 2: Vertaal en maak zinnen

Instructie: Vertaal de woorden en zinnen hieronder en gebruik ze in een gesprek of tekst.

1. Ellos pueden reciclar más para proteger el medioambiente.
Zij kunnen meer recyclen om het milieu te beschermen.
2. Se dice que muchas especies animales están en peligro debido al deterioro del medioambiente.
Er wordt gezegd dat veel diersoorten gevaar lopen door de verslechtering van het milieu.
3. Admiramos el olivo viejo.
We bewonderen de oude olijfboom.
4. Nosotros plantamos rosas en el parque.
Wij planten rozen in het park.
5. Nosotros nos hemos alejado del olivo para visitar la agencia de viajes.
Wij zijn van de olijfboom weggegaan om het reisbureau te bezoeken.

Oefening 3: Vertaal en maak zinnen

Instructie: Vertaal de woorden en zinnen hieronder en gebruik ze in een gesprek of tekst.

1. Ik adem diep in.
Yo respiro profundamente.
2. We bewonderen de oude olijfboom.
Admiramos el olivo viejo.
3. Je beschrijft het probleem bij de receptie van het hostel.
Tú describes el problema en la recepción del hostal.
4. Zij tonen hun zonnebril wanneer het zonnig is op de camping.
Ellos muestran sus gafas de sol cuando hace sol en el camping.
5. Jullie hebben mij een blauwe orchidee cadeau gedaan.
Vosotros me habéis regalado una orquídea azul.