Pretérito imperfecto de los verbos irregulares: "ser, ir, ver" Delen Gekopieerd!
Duidelijke en eenvoudige uitleg over de pretérito imperfecto van de onregelmatige werkwoorden "ser", "ir" en "ver".
Gramática: Pretérito imperfecto de los verbos irregulares: "ser, ir, ver“
B1 Spaans Onvoltooid verleden tijd onregelmatige werkwoorden
Niveau: B1
Module 2: Medios de comunicación cotidianos (Alledaagse media)
Les 12: Música: ayer y hoy (Muziek: gisteren en vandaag)
Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten
Audio en video
- In de onvoltooid verleden tijd zijn er slechts drie onregelmatige werkwoorden: "ser, ir, ver".
Pronombre | Ser | Ir | Ver | Ejemplo |
---|---|---|---|---|
Yo | Era | Iba | Veía | El músico era muy famoso y siempre interpretaba canciones en vivo. (De muzikant was was erg beroemd en speelde altijd live liedjes.) |
Tú | Eras | Ibas | Veías | Cuando eras niño siempre veías videoclips de canciones modernas. (Toen je een kind was, keek je altijd naar videoclips van moderne liedjes.) |
Él/ Ella/ Usted | Era | Iba | Veía | La canción que veía en el canal de música era parte del álbum clásico. (Het lied dat ik op de muziekzender zag was deel van het klassieke album.) |
Nosotros/-as | Éramos | Íbamos | Veíamos | Íbamos a los conciertos de música clásica porque éramos fanáticos de las letras. (We gingen naar klassieke muziekconcerten omdat we waren fan van literatuur.) |
Vosotros/-as | Erais | Ibais | Veíais | Cuando erais jóvenes veíais siempre el canal de música para descubrir nuevas canciones. (Toen jullie waren jong keken jullie altijd naar het muziekkanaal om nieuwe liedjes te ontdekken.) |
Ellos/-as/ Ustedes | Eran | Iban | Veían | Los miembros del grupo eran talentosos y siempre componían letras inolvidables. (De leden van de groep waren talentvol en componeerden altijd onvergetelijke teksten.) |
Oefening 1: Pretérito imperfecto de los verbos irregulares: "ser, ir, ver"
Instructie: Vul het juiste woord in.
éramos, eran, íbamos, iba, ibais, veías, veíamos, era
Oefening 2: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.
1
íbamos
wij gingen
2
veían
keken
3
veías
je keek
4
ibais
gingen jullie