10K+ studenten - 4.8/5

Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie

Pretérito imperfecto de los verbos irregulares: "ser, ir, ver"

Duidelijke en eenvoudige uitleg over de pretérito imperfecto van de onregelmatige werkwoorden "ser", "ir" en "ver".

Gramática: Pretérito imperfecto de los verbos irregulares: "ser, ir, ver“

B1 Spaans Onvoltooid verleden tijd onregelmatige werkwoorden

Niveau: B1

Module 2: Medios de comunicación cotidianos (Alledaagse media)

Les 12: Música: ayer y hoy (Muziek: gisteren en vandaag)

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten

Audio en video

Audio met vertalingen

  1. In de onvoltooid verleden tijd zijn er slechts drie onregelmatige werkwoorden: "ser, ir, ver".
PronombreSerIrVerEjemplo 
Yo Era IbaVeíaEl músico era muy famoso y siempre interpretaba canciones en vivo. (De muzikant was was erg beroemd en speelde altijd live liedjes.)
Tú  Eras IbasVeíasCuando eras niño siempre veías videoclips de canciones modernas. (Toen je een kind was, keek je altijd naar videoclips van moderne liedjes.)
Él/ Ella/ Usted Era Iba VeíaLa canción que veía en el canal de música era parte del álbum clásico. (Het lied dat ik op de muziekzender zag was deel van het klassieke album.)
Nosotros/-asÉramosÍbamos VeíamosÍbamos a los conciertos de música clásica porque éramos fanáticos de las letras. (We gingen naar klassieke muziekconcerten omdat we waren fan van literatuur.)
Vosotros/-as Erais Ibais VeíaisCuando erais jóvenes veíais siempre el canal de música para descubrir nuevas canciones. (Toen jullie waren jong keken jullie altijd naar het muziekkanaal om nieuwe liedjes te ontdekken.)
Ellos/-as/ UstedesEran Iban VeíanLos miembros del grupo eran talentosos y siempre componían letras inolvidables. (De leden van de groep waren talentvol en componeerden altijd onvergetelijke teksten.)

Oefening 1: Pretérito imperfecto de los verbos irregulares: "ser, ir, ver"

Instructie: Vul het juiste woord in.

Toon vertaling Toon antwoorden

éramos, eran, íbamos, iba, ibais, veías, veíamos, era

1. Ser:
El músico ... muy talentoso y siempre componía canciones para el grupo.
(De muzikant was erg getalenteerd en componeerde altijd liedjes voor de groep.)
2. Ir:
Cuando yo era niño ... al canal de música para ver videoclips de canciones modernas.
(Toen ik kind was, ging ik naar de muziekzender om videoclips van moderne liedjes te bekijken.)
3. Ver:
Mientras el grupo interpretaba su éxito en vivo nosotros ... todo el concierto desde casa.
(Terwijl de band hun hit live speelde, keken wij de hele concert vanuit huis.)
4. Ser:
Las letras de las canciones clásicas ... más poética que las de las canciones modernas.
(De teksten van klassieke liedjes waren poëtischer dan die van moderne liedjes.)
5. Ir:
Nosotros ... a los conciertos de ese grupo porque sus álbumes eran espectaculares.
(Wij gingen naar de concerten van die groep omdat hun albums spectaculair waren.)
6. Ver:
Cuando ... el videoclip de la canción siempre querías añadirla a la lista de reproducción.
(Wanneer je de videoclip van het liedje zag, wilde je het altijd aan de afspeellijst toevoegen.)
7. Ser:
Antes nosotros ... muy aficionados a la música clásica pero hoy preferimos la música moderna.
(Vroeger waren we erg dol op klassieke muziek, maar tegenwoordig geven we de voorkeur aan moderne muziek.)
8. Ir:
Cuando erais jóvenes siempre ... a los festivales para ver a los músicos interpretar sus canciones en vivo.
(Toen jullie jong waren, gingen jullie altijd naar de festivals om de muzikanten hun liedjes live te zien uitvoeren.)

Oefening 2: Vertaal en gebruik in een zin

Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.

1

íbamos


wij gingen

2

veían


keken

3

veías


je keek

4

ibais


gingen jullie