- Gebruik "en" om specifieke delen van de dag aan te duiden. Bijvoorbeeld: "en la noche".
- Gebruik a of al om tijdstippen en precieze momenten aan te duiden. Bijvoorbeeld: al atardecer.
- Gebruik "por" om algemene perioden van de dag aan te geven. Bijvoorbeeld: "por la mañana".
- Gebruik de "de" of de "del" om een deel van de dag of een tijdsperiode aan te geven. Bijvoorbeeld: "de noche".
Preposición | Ejemplo |
---|---|
Por | Por la mañana (’s ochtends) |
Por la tarde (’s middags) | |
Por la noche (‘s nachts) | |
En | En la mañana (In de ochtend) |
En la noche (In de nacht) | |
A + el => Al | Al amanecer (Bij zonsopgang) |
A + la | A la medianoche (Om middernacht) |
De + el => Del | Del mediodía (Van de middag) |
De + la | De la mañana (De la ochtend) |
De | De noche (De nacht) |
De día (De dag) |
Oefening 1: Preposiciones: indicar momentos del día
Instructie: Vul het juiste woord in.
por, En, del, de, Por, a
Oefening 2: Meerkeuze
Instructie: Kies de juiste oplossing
1. Quedo contigo _____ para ver una película.
(Ik spreek met je af _____ om een film te kijken.)2. Ayer _____ organicé una cena con amigos.
(Gisteravond _____ heb ik een diner met vrienden georganiseerd.)3. Me gusta correr _____ para empezar bien el día.
(Ik loop graag _____ om de dag goed te beginnen.)4. Nos vemos el miércoles _____ para estudiar juntos.
(We zien elkaar woensdag _____ om samen te studeren.)5. Trabajo _____ cuando tengo proyectos importantes.
(Ik werk _____ als ik belangrijke projecten heb.)6. _____ siempre como con mis compañeros de trabajo.
(_____ lunch ik altijd met mijn collega's.)