Indirecte rede met verleden tijdvormen

Gebruik de indirecte stijl met verleden tijden om te vertellen wat iemand in het verleden zei.

Gramática: Estilo indirecto con pretéritos simples

A2 Spaans indirecte rede in de verleden tijd

Niveau: A2

Module 6: En el trabajo (Op het werk)

Les 43: Opiniones y negociaciones (Meningen en onderhandelingen)

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten

Audio en video

  1. Inleidend werkwoord (in verleden tijd) + "que" + werkwoord in imperfectum.
  2. Indirecte rede herformuleert zinnen. Voorbeeld: "Él dice que va al museo."
  3. De structuur is onderwerp + decir que + actie.

 

Discurso Directo  (Directe Rede)Discurso Indirecto (Indirecte Rede)
Maria: "Yo digo la verdad".Maria dijo que decía la verdad.
Jorge y Marco: "Hemos terminado el trabajo".Ellos dijeron que terminaban el trabajo.
Pablo: "Me gusta trabajar en grupo". Pablo dijo que le gustaba trabajar en grupo. 
Carolina: "No quiero hacer la presentación, ¿puedes hacerla tú?"Ella dijo que no quería hacer la presentación y preguntó si yo podía hacerla.

Oefening 1: Estilo indirecto con pretéritos simples

Instructie: Vul het juiste woord in.

Toon vertaling Toon antwoorden

habían, negociaban, respondían, creían, íbamos, era

1.
Ellos dijeron que la historia ... falsa.
(Zij zeiden dat het verhaal niet waar was.)
2.
Ellos dijeron que ... terminado el trabajo.
(Zij zeiden dat ze het werk hadden voltooid.)
3.
Ellos dijeron que ... un nuevo contrato.
(Zij zeiden dat ze over een nieuw contract onderhandelden.)
4.
Él dijo que el resultado ... negativo.
(Hij zei dat het resultaat negatief was.)
5.
Nosotros dijimos que ellos ... que el compromiso era fundamental.
(Wij zeiden dat zij geloofden dat de betrokkenheid essentieel was.)
6.
Nosotros dijimos que no ... a ir al trabajo.
(Wij zeiden dat we niet naar het werk zouden gaan.)
7.
Ellos dijeron que ... a todas las negociaciones sin duda.
(Zij zeiden dat zij zonder twijfel op alle onderhandelingen antwoordden.)
8.
Nosotros dijimos que la negociación ... difícil.
(Wij zeiden dat de onderhandeling moeilijk was.)

Oefening 2: Vertaal en gebruik in een zin

Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.

1

negociaban


onderhandelden

2

habían


zij hadden

3

creían


geloofden

4

vendrías


zou komen