A1.5.2 De bezittelijke voornaamwoorden
Bijvoeglijke naamwoorden die bezit aanduiden in het Spaans, overeenkomend met het geslacht en het aantal van het zelfstandig naamwoord.
Gramática: Los adjetivos posesivos
A1 Spaans Bezittelijke bijvoeglijke naamwoorden
Niveau: A1
Module 1: Presentarse (Jezelf voorstellen)
Les 5: Familia (Familie)
Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten
Audio en video
- Bezittelijke voornaamwoorden passen zich aan in geslacht en aantal aan het zelfstandig naamwoord.
- Ze worden voor het zelfstandig naamwoord geplaatst, zoals "mi casa".
- De bezittelijke voornaamwoorden voor de derde persoon enkelvoud en meervoud zijn hetzelfde.
Sujeto | Singular | Plural |
---|---|---|
Yo | mi (mijn) | mis (mijn) |
Tú | tu (jouw) | tus (jouw) |
Él/Ella/Usted | su (zijn/haar) | sus (hun) |
Nosotros/Nosotras | nuestro (ons/onze)/ nuestra (onze) | nuestros (onze)/ nuestras (onze) |
Vosotros/Vosotras | vuestro (jullie)/ vuestra (jullie) | vuestros (jullie)/ vuestras (jullie) |
Ellos/Ellas/Ustedes | su (zijn/haar) | sus (hun) |
Oefening 1: De bezittelijke voornaamwoorden
Instructie: Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden Toon vertalingMi, Vuestra, tu, Su, Mis, Sus, Nuestros, vuestro, Nuestras, tus
1. ... hermana trabaja en Madrid.
2. ... hijos estudian en una escuela nueva.
3. ... padres tienen un perro.
4. ¿Cómo se llaman ... hermanos?
5. ¿Dónde vive ... primo?
6. ¿Cuántos años tiene ... abuela?
7. ... tíos viven en Madrid.
8. ... tías es muy graciosas.
9. ... padre vive en Valencia.
10. ... familia es muy grande.
Oefening 2: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Vertaal en spreek het woord hardop uit. Gebruik het woord in een zin.
Toon vertaling
1.
Vuestra
|
(Jullie) |
2.
Tu
|
(Je) |
3.
Nuestros
|
(Onze) |
4.
Tus
|
(Jouw) |
5.
Vuestro
|
(Jullie) |
6.
Mis
|
(Mijn) |
7.
Nuestras
|
(Onze) |
8.
Mi
|
(Mijn) |