10K+ studenten - 4.8/5

Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie

A1.15.4 Het mediterrane dieet

We leren over het mediterrane dieet en welke voeding daar deel van uitmaakt.

Cultura: La dieta mediterránea

Aprendemos sobre la dieta mediterránea y los alimentos forman parte de ella.

A1.15.4 Het mediterrane dieet

A1 Spaans Gastronomie Spanje

Niveau: A1

Module 3: Día a día (Dag tot dag)

Les 15: Alimentación diaria (Dagelijks eten)

Leergeschiedenis

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten

Audio en video

Audio
Audio
Audio with translations
Audio with translations

Lees- en luisteroefening

La dieta mediterránea es muy saludable. Incluye alimentos ricos y variados. Se come mucha fruta y verdura. También se comen huevos como en la tortilla. El pan acompaña las comidas. El queso, como el queso manchego, también forma parte de esta dieta. El aceite de oliva es la base de la dieta mediterránea. Se bebe café o té. También se bebe vino, como el vino Rioja. La leche es común en los desayunos y el pescado y la carne para comer o cenar. ¡Comer así es bueno para la salud!

Vertaling

Het mediterrane dieet is erg gezond. Het bevat rijke en gevarieerde voedingsmiddelen. Men eet veel fruit en groenten. Men eet ook eieren, zoals in de tortilla. Het brood begeleidt de maaltijden. Kaas, zoals Manchego kaas, maakt ook deel uit van dit dieet. Olijfolie is de basis van het mediterrane dieet. Men drinkt koffie of thee. Er wordt ook wijn gedronken, zoals Rioja wijn. Melk is gebruikelijk bij het ontbijt en vis en vlees voor lunch of diner. Eten op deze manier is goed voor de gezondheid!

Oefening 1: Discussievragen

Instructie: Bespreek de vragen nadat je naar de audio hebt geluisterd of de tekst hebt gelezen.

  1. ¿Qué alimentos incluye la dieta mediterránea?
  2. Welke voedingsmiddelen omvat het mediterrane dieet?
  3. ¿Qué se bebe en la dieta mediterránea?
  4. Wat drinkt men in het mediterrane dieet?
  5. ¿Te gusta esta dieta? ¿Quieres probarla?
  6. Vind je dit dieet leuk? Wil je het proberen?
  7. ¿Hay una dieta parecida en tu país o región?
  8. Is er een soortgelijk dieet in jouw land of regio?

Oefening 2: Vertaal en gebruik in een zin

Instructie: Vertaal en spreek het woord hardop uit. Gebruik het woord in een zin.

Toon vertaling
1. Queso
(Kaas)
2. Saludable
(Gezond)
3. Huevos
(Eieren)
4. Pan
(Brood)
5. Come
(Eet)
6. Comer
(Eten)
7. Leche
(Melk)
8. Café
(Koffie)