Preparar (voorbereiden) - Condicional simple, indicativo (Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd, aantonende wijs) Delen Gekopieerd!

Preparar - Vervoeging van voorbereiden in het spaans: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de eenvoudige voorwaardelijke, indicatieve tijd (Condicional simple, indicativo).
Condicional simple, indicativo (Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd, aantonende wijs)
Alle vervoegingen en tijden: Preparar (voorbereiden) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Lesprogramma: Spaanse les - Decir tu edad (Je leeftijd zeggen)
Vervoeging van voorbereiden in de voorwaardelijke wijs
Spaans | Nederlands |
---|---|
yo prepararía | ik zou voorbereiden |
tú prepararías | jij zou voorbereiden |
él/ella prepararía | hij zou voorbereiden |
nosotros/nosotras prepararíamos | wij zouden voorbereiden |
vosotros/vosotras prepararíais | jullie zouden voorbereiden |
ellos/ellas prepararían | zij zouden voorbereiden |
Voorbeeldzinnen
Spaans | Nederlands |
---|---|
Yo prepararía una tarta para ti. | Ik zou een taart voor je voorbereiden. |
Tú prepararías una fiesta increíble. | jij zou een geweldig feest voorbereiden. |
Él prepararía los regalos del cumpleaños. | Hij zou de cadeaus voorbereiden voor de verjaardag. |
Nosotros prepararíamos la comida familiar. | Wij zouden de familiemaaltijd voorbereiden. |
Vosotros prepararíais las invitaciones de cumpleaños. | jullie zouden de uitnodigingen voor het verjaardagsfeest voorbereiden. |
Ellos prepararían la casa para la fiesta. | Zij zouden het huis voor het feest voorbereiden. |
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie: Kies de juiste vorm.
prepararías, prepararíamos, prepararía, prepararían, prepararíais
1.
Yo ... una tarta para ti.
(Ik zou een taart voor je voorbereiden.)
2.
Él ... los regalos del cumpleaños.
(Hij zou de cadeaus voorbereiden voor de verjaardag.)
3.
Tú ... una fiesta increíble.
(Jij zou een geweldig feest voorbereiden.)
4.
Nosotros ... la comida familiar.
(Wij zouden de familiemaaltijd voorbereiden.)
5.
Vosotros ... las invitaciones de cumpleaños.
(Jullie zouden de uitnodigingen voor het verjaardagsfeest voorbereiden.)
6.
Ellos ... la casa para la fiesta.
(Zij zouden het huis voor het feest voorbereiden.)