Firmar (ondertekenen) - Pretérito indefinido, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs) Delen Gekopieerd!

Firmar - Vervoeging van ondertekenen in het Spaans: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de verleden tijd, aantonende wijs (Pretérito indefinido, indicativo).
Pretérito indefinido, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs)
Alle vervoegingen en tijden: Firmar (ondertekenen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Lesprogramma: Spaanse les - Entrevista de trabajo (Sollicitatiegesprek)
Vervoeging van firmar in de Pretérito Indefinido
Spaans | Nederlands |
---|---|
yo firmé | ik ondertekende |
tú firmaste | jij ondertekende |
él/ella firmó | hij/zij ondertekende |
nosotros/nosotras firmamos | wij ondertekenden |
vosotros/vosotras firmasteis | jullie ondertekenden |
ellos/ellas firmaron | zij ondertekenden |
Voorbeeldzinnen
Spaans | Nederlands |
---|---|
Ayer firmé la solicitud. | Ik ondertekende de aanvraag. |
¿Firmaste el documento que te mandé? | Jij ondertekende het document dat ik je stuurde |
Ella firmó la carta antes de enviarla. | Zij ondertekende de brief voordat ze hem verstuurde. |
Nosotros firmamos la declaración juntos. | Wij ondertekenden de verklaring samen. |
¿Firmasteis el contrato en la oficina? | Jullie ondertekenden het contract op kantoor. |
Ellos firmaron el acuerdo de colaboración. | Zij hebben het samenwerkingsakkoord ondertekend. |
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie: Kies de juiste vorm.
firmé, firmasteis, firmó, firmaron, firmaste, firmamos
1.
Ella ... la carta antes de enviarla.
(Zij ondertekende de brief voordat ze hem verstuurde.)
2.
Ellos ... el acuerdo de colaboración.
(Zij hebben het samenwerkingsakkoord ondertekend.)
3.
Ayer ... la solicitud.
(Ik ondertekende de aanvraag.)
4.
¿... el documento que te mandé?
(Heb je het document ondertekend dat ik je heb gestuurd?)
5.
Nosotros ... la declaración juntos.
(Wij ondertekenden de verklaring samen.)
6.
¿... el contrato en la oficina?
(Hebben jullie het contract op kantoor getekend?)