A1.29.2 Het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
Het voltooid deelwoord kan in sommige contexten de functie van bijvoeglijk naamwoord hebben.
Gramática: El participio pasado como adjetivo
A1 Spaans Past participle as adjective
Niveau: A1
Module 4: Describir objetos y personas. (Objecten en mensen beschrijven)
Les 29: Estado físico y sensaciones. (Fysieke toestanden en sensaties)
Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten
Audio en video
- Voltooide deelwoorden als onderdeel van samengestelde tijden of passieve constructies functioneren niet als bijvoeglijke naamwoorden. Voorbeeld: "Yo he sentido dolor."
- Voltooide deelwoorden fungeren als bijvoeglijke naamwoorden wanneer ze kenmerken of toestanden van een zelfstandig naamwoord beschrijven. Voorbeeld: "Los niños están cansados."
Singular | Plural | |
---|---|---|
Masculino | Agotado Él se siente agotado. (Hij voelt zich uitgeput.) | Agotados Ellos se sienten agotados. (Zij voelen zich uitgeput.) |
Lesionado El chico está lesionado. (De jongen is geblesseerd.) | Lesionados Los chicos están lesionados. (De jongens zijn geblesseerd.) | |
Femenino | Sudada Ella está sudada. (Zij is bezweet.) | Sudadas Ellas están sudadas. (Zij zijn bezweet.) |
Cansada Ella se siente cansada. (Zij voelt zich vermoeid.) | Cansadas Ellas se sienten cansadas. (Zij voelen zich moe.) |
Uitzonderingen!
- De deelwoorden die als bijvoeglijke naamwoorden gebruikt worden, passen zich aan in aantal en geslacht.
- Ze worden geïntroduceerd door de werkwoorden "estar" of "sentirse".
Oefening 1: Het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
Instructie: Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden Toon vertalingrelajadas, lesionadas, sudada, agotadas, lesionada, lesionado, cansadas, agotados, cansado, sudados
1. Eva y Marta están ....
2. Después de correr, ellos están ....
3. Ellos se sienten ... del trabajo.
4. Él es siente muy ... porque no ha dormido mucho.
5. Amalia está ... porque está en el gimnasio.
6. Dos personas de este equipo están ....
7. Las chicas están ... después de correr.
8. Ella está ... y no puede ir a la escuela.
9. El hombre está ... en las piernas.
10. Ellas se han relajado y ahora se sienten ....
Oefening 2: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Vertaal en spreek het woord hardop uit. Gebruik het woord in een zin.
Toon vertaling
1.
Agotadas
|
(Uitgeput) |
2.
Cansado
|
(Moe) |
3.
Agotados
|
(Uitgeput) |
4.
Lesionado
|
(Gewond) |
5.
Relajadas
|
(Ontspannen) |
6.
Lesionadas
|
(Geblesseerd) |
7.
Sudados
|
(Bezweet) |
8.
Sudada
|
(Bezweet) |