- Bien / mal worden gebruikt om handelingen of toestanden te beschrijven. Ze worden gebruikt met het werkwoord estar.
- Bueno / malo worden gebruikt met het werkwoord ser. Ze kunnen worden vergezeld door een zelfstandig naamwoord voor algemene of permanente kenmerken.
- ¡Qué bien! / ¡Qué mal! drukken emoties of reacties uit in situaties.
Expresión (Uitdrukking) | Ejemplo (Voorbeeld) |
---|---|
Está bien + infinitivo | Subir la montaña está bien para hacer ejercicio. (De berg beklimmen is goed voor het doen van lichaamsbeweging.) |
Está mal + infinitivo | Está mal caminar sin botas de montaña. (Het is slecht om zonder bergschoenen te wandelen.) |
Sustantivo + es bueno | Caminar es bueno para la salud. (Wandelen is goed voor de gezondheid.) |
Es malo + infintivo | Es malo hacer senderismo con mochila pesada. (Het is slecht om te wandelen met een zware rugzak.) |
¡Qué bien! + infinitivo | ¡Qué bien estar junto al lago con amigos! (Wat is het fijn om samen met vrienden aan het meer te zijn!) |
¡Qué mal! + infinitivo | ¡Qué mal olvidar las botas de montaña! (Wat slecht om de bergschoenen te vergeten!) |
Oefening 1: Expresar lo positivo y lo negativo: "Bien/ Bueno, Mal/ Malo"
Instructie: Vul het juiste woord in.
¡Qué mal!, es malo, Está bien, está mal, es bueno, Es bueno
1.
Negativo :
El senderismo era peligroso y eso ....
(Wandelen was gevaarlijk en dat is slecht.)
2.
Positivo:
: ... relajarse junto al lago después de subir
(Het is fijn om te ontspannen aan het meer na het klimmen.)
3.
Positivo :
Caminar por el bosque ... para relajarse.
(Wandelen in het bos is goed om te ontspannen.)
4.
Positivo:
: ... esperar la amanecer aquí en el lago.
(Het is goed om hier bij het meer op de zonsopgang te wachten.)
5.
Negativo:
: No seguir el camino marcado ....
(Het niet volgen van de gebaande paden is slecht.)
6.
Positivo:
: ... hacer algo que te guste un domingo por la mañana
(Het is goed om iets te doen dat je leuk vindt op een zondagmorgen)
7.
Negativo :
Subir la montaña sin agua ... para la salud.
(De berg beklimmen zonder water is slecht voor de gezondheid.)
8.
Negativo :
... Me olvidé las botas de montaña.
(Wat jammer! Ik ben mijn bergschoenen vergeten.)
Oefening 2: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.
1
es malo
is slecht
2
Es bueno
Het is goed
3
¡Qué mal!
Wat erg!
4
es bueno
is goed