Uno vs. Otro

"Este..otro / uno..otro" verwijst naar het gebruik van voornaamwoorden om twee elementen te vergelijken, te contrasteren of om wederkerigheid aan te geven.

Gramática: Uno vs. Otro

A1 Spaans Vergelijking en wederkerigheid

Niveau: A1

Module 5: En casa (Thuis)

Les 37: Tus mascotas (Jouw huisdieren)

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten

Audio en video

Audio met vertalingen
Audio met vertalingen

  1. "Este.. otro" wordt gebruikt om twee elementen te vergelijken of om een voorkeur uit te drukken.
  2. "Uno... otro" wordt gebruikt om wederkerigheid aan te geven of om verschillen tussen twee dingen of handelingen te markeren.

 

UsoExpresiónEjemplo
Comparación (Vergelijking)

Este...otro

Esta...otra

Estos...otros

Estas...otras

Este conejo necesita cepillarse más que el otro conejo. (Dit konijn moet vaker geborsteld worden dan het andere konijn.)
Expresar Preferencia (Voorkeur uitdrukken)Estas tortugas son grandes mientras otras son pequeñas. (Deze schildpadden zijn groot terwijl andere klein zijn.)
Acciones diferentes (Verschillende acties)

Uno...otro

Una...otra

Unos..otros

Unas...otras

Una perra se sienta mientras otra pasea. (Eén hond zit terwijl een ander wandelt.)
Reciprocidad (Wederkerigheid)Unos gatos son rápidos mientras otros son lentos. (Sommige katten zijn snel terwijl andere langzaam zijn.)

Uitzonderingen!

  1. Zowel este als otro moeten overeenkomen in geslacht en aantal met de zelfstandige naamwoorden waarop ze betrekking hebben. Estos gatos son rápidos, pero otros son lentos.

Oefening 1: Uno vs. Otro

Instructie: Vul het juiste woord in.

Toon vertaling Toon antwoorden

Estos, uno, Unos, Una, otros, Esta, otra, otro

1.
... cepillan al perro, otros cuidan a los peces.
(De een borstelt de hond, de ander verzorgt de vissen.)
2.
... tortuga es vieja, la otra es joven.
(Deze schildpad is oud, de andere is jong.)
3.
Estos ratones son pequeños, los ... son grandes.
(Deze muizen zijn klein, de andere zijn groot.)
4.
... gatos necesitan una correa, los otros no.
(Deze katten hebben een lijn nodig, de andere niet.)
5.
... perra es rápida, la otra prefiere sentarse tranquila.
(De ene hond is snel, de andere zit liever rustig.)
6.
Una chica pasea al perro, mientras ... cuida al gato.
(Een meisje laat de hond uit, terwijl een ander voor de kat zorgt.)
7.
Este perro es rápido, pero el ... es lento.
(Deze hond is snel, maar de andere is langzaam.)
8.
El pez y la tortuga necesitan cuidado, pero ... es más fácil de cuidar que el otro.
(De vis en de schildpad hebben verzorging nodig, maar de een is makkelijker te verzorgen dan de ander.)

Oefening 2: Vertaal en gebruik in een zin

Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.

1

Una


Een

2

otros


anderen

3

otro


ander

4

otra


een ander