10K+ studenten - 4.8/5
Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten

Audio en video

Gesprek

1. Pedro: ¿Sabes si la farmacia está abierta ahora? (Weet je of de apotheek nu open is?) Show
2. Ana: Sí, la farmacia abre a las ocho de la mañana. (Ja, de apotheek opent om acht uur 's ochtends.) Show
3. Pedro: ¿Está al lado del supermercado verdad? (Is het naast de supermarkt toch?) Show
4. Ana: No, está a la derecha de las oficinas. (Nee, het is rechts van de kantoren.) Show
5. Pedro: ¿Y la panadería sabes si está abierta? (En weet je of de bakkerij open is?) Show
6. Ana: Sí la panadería abre solo por las mañanas. (Ja, de bakkerij opent alleen 's ochtends.) Show
7. Pedro: Voy primero a la farmacia y luego a la panadería. (Ik ga eerst naar de apotheek en daarna naar de bakker.) Show
8. Ana: ¡Las dos están cerca y puedes ir caminando! (Ze zijn allebei dichtbij en je kunt lopen.) Show
9. Pedro: Así termino pronto mis compras. (Zo ben ik snel klaar met mijn boodschappen.) Show

Oefening 1: Discussievragen

Instructie: Bespreek de vragen nadat je naar de audio hebt geluisterd of de tekst hebt gelezen.

  1. ¿Dónde está la farmacia?
    2. Waar is de apotheek?
  2. ¿Cuándo abre la panadería?
    3. Wanneer opent de bakkerij?
  3. ¿Cómo preguntas por direcciones en español?
    4. Hoe vraag je naar de weg in het Spaans?

Oefening 2: Vul de open plekken in en maak de zinnen af

Instructie: Vul het juiste woord in.

Toon vertaling Toon antwoorden

farmacia, pronto, abre

1.
Así termino ... mis compras.
(Zo ben ik snel klaar met mijn boodschappen.)
2.
¿Sabes si la ... está abierta ahora?
(Weet je of de apotheek nu open is?)
3.
Voy primero a la ... y luego a la panadería.
(Ik ga eerst naar de apotheek en dan naar de bakkerij.)
4.
Sí la panadería ... solo por las mañanas.
(Ja, de bakkerij is alleen 's ochtends open.)
5.
Sí, la farmacia ... a las ocho de la mañana.
(Ja, de apotheek gaat om acht uur 's ochtends open.)

Oefening 3: Orden de tekst

Instructie: Nummeer de zinnen in de juiste volgorde en lees hardop voor.

Toon vertaling
2
... Sí, la farmacia abre a las ocho de la mañana.
(Ja, de apotheek gaat om acht uur 's ochtends open.)
6
... Sí la panadería abre solo por las mañanas.
(Ja, de bakkerij is alleen 's ochtends open.)
7
... Voy primero a la farmacia y luego a la panadería.
(Ik ga eerst naar de apotheek en dan naar de bakkerij.)
8
... ¡Las dos están cerca y puedes ir caminando!
(Ze zijn allebei dichtbij en je kunt lopen.)
1
1 ¿Sabes si la farmacia está abierta ahora?
(Weet je of de apotheek nu open is?)
4
... No, está a la derecha de las oficinas.
(Nee, het is rechts van de kantoren.)
5
... ¿Y la panadería sabes si está abierta?
(En weet je of de bakkerij open is?)
9
9 Así termino pronto mis compras.
(Zo ben ik snel klaar met mijn boodschappen.)
3
... ¿Está al lado del supermercado verdad?
(Het is toch naast de supermarkt?)