10K+ studenten - 4.8/5

Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie

A2.3.1 Op zoek naar accommodatie

Pedro en Ana zoeken accommodatie voor hun reis.

Diálogo: Buscando alojamiento

Pedro y Ana buscan alojamiento para su viaje.

A2.3.1 Op zoek naar accommodatie

A2 Spaans

Niveau: A2

Module 1: Viajar: ¡A lo desconocido! (Reizen: op avontuur!)

Les 3: Buscando alojamiento (Accommodatie zoeken)

Leergeschiedenis

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten

Audio en video

Audio
Audio
Audio with translations
Audio with translations

Gesprek

1. Pedro: ¿Quieres buscar alojamiento ahora? (Wil je nu zoeken naar accommodatie?)
2. Ana: Sí, ¿prefieres un hostal o un camping? (Ja, geef je de voorkeur aan een hostel of een camping?)
3. Pedro: Prefiero un hostal. Confirma si tienen habitaciones. (Ik geef de voorkeur aan een hostel. Bevestig of zij kamers hebben.)
4. Ana: Veo uno con una habitación doble y una individual. (Ik zie er een met een tweepersoonskamer en een eenpersoonskamer.)
5. Pedro: ¿Tienen media pensión o pensión completa? (Hebben ze halfpension of volpension?)
6. Ana: Aquí dice que la media pensión está incluida. (Hier staat dat halfpension inbegrepen is.)
7. Pedro: Busca uno donde el desayuno esté incluido. (Zoek er een waar het ontbijt inbegrepen is.)
8. Ana: Sí, aquí se confirma que está incluido con la media pensión. (Ja, hier wordt bevestigd dat het inbegrepen is bij het halfpension.)
9. Pedro: Entonces haz la reserva para la habitación doble. (Dus maak de reservering voor de tweepersoonskamer.)
10. Ana: Vale, me alegro de ir a este alojamiento. (Oké, ik ben blij om naar deze accommodatie te gaan.)

Oefening 1: Discussievragen

Instructie: Bespreek de vragen nadat je naar de audio hebt geluisterd of de tekst hebt gelezen.

  1. ¿Qué tipo de alojamiento prefieren Pedro y Ana?
  2. Welk type accommodatie verkiezen Pedro en Ana?
  3. ¿Qué está incluido con la media pensión en el hostal?
  4. Wat is er inbegrepen bij het halfpension in het hostel?
  5. ¿Qué tipo de habitación van a reservar Pedro y Ana?
  6. Welk type kamer gaan Pedro en Ana reserveren?
  7. ¿Qué tipo de alojamiento te gusta reservar para tus vacaciones?
  8. Welk type accommodatie reserveer je graag voor je vakantie?

Oefening 2: Orden de tekst

Instructie: Nummeer de zinnen in de juiste volgorde en lees hardop voor.

Toon vertaling
1
1 ¿Quieres buscar alojamiento ahora?
(Wil je nu naar een verblijf zoeken?)
10
10 Vale, me alegro de ir a este alojamiento.
(Oké, ik ben blij om naar deze accommodatie te gaan.)
8
... Sí, aquí se confirma que está incluido con la media pensión.
(Ja, hier wordt bevestigd dat het is inbegrepen bij het halfpension.)
6
... Aquí dice que la media pensión está incluida.
(Hier staat dat het halfpension is inbegrepen.)
3
... Prefiero un hostal. Confirma si tienen habitaciones.
(Ik geef de voorkeur aan een hostel. Bevestig of ze kamers hebben.)
5
... ¿Tienen media pensión o pensión completa?
(Hebben jullie halfpension of volpension?)
7
... Busca uno donde el desayuno esté incluido.
(Zoek er een waar het ontbijt is inbegrepen.)
9
... Entonces haz la reserva para la habitación doble.
(Reserveer dan de tweepersoonskamer.)
4
... Veo uno con una habitación doble y una individual.
(Ik zie er een met een tweepersoonskamer en een eenpersoonskamer.)
2
... Sí, ¿prefieres un hostal o un camping?
(Ja, geef je de voorkeur aan een hostel of een camping?)

Oefening 3: Kies het juiste woord

Instructie: Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.

Toon antwoorden Toon vertaling

buscar, camping, haz la reserva, pensión completa, confirma, hostal, incluido, habitación doble, media pensión, alojamiento

1. ¿Quieres ... alojamiento ahora?

¿Quieres buscar alojamiento ahora?
(Wil je nu naar een verblijf zoeken?)

2. Vale, me alegro de ir a este ....

Vale, me alegro de ir a este alojamiento.
(Oké, ik ben blij om naar deze accommodatie te gaan.)

3. Sí, aquí se ... que está incluido con la media pensión.

Sí, aquí se confirma que está incluido con la media pensión.
(Ja, hier wordt bevestigd dat het is inbegrepen bij het halfpension.)

4. Aquí dice que la ... está incluida.

Aquí dice que la media pensión está incluida.
(Hier staat dat het halfpension is inbegrepen.)

5. Prefiero un .... Confirma si tienen habitaciones.

Prefiero un hostal. Confirma si tienen habitaciones.
(Ik geef de voorkeur aan een hostel. Bevestig of ze kamers hebben.)

6. ¿Tienen media pensión o ...?

¿Tienen media pensión o pensión completa?
(Hebben jullie halfpension of volpension?)

7. Busca uno donde el desayuno esté ....

Busca uno donde el desayuno esté incluido.
(Zoek er een waar het ontbijt is inbegrepen.)

8. Entonces ... para la habitación doble.

Entonces haz la reserva para la habitación doble.
(Reserveer dan de tweepersoonskamer.)

9. Veo uno con una ... y una individual.

Veo uno con una habitación doble y una individual.
(Ik zie er een met een tweepersoonskamer en een eenpersoonskamer.)

10. Sí, ¿prefieres un hostal o un ...?

Sí, ¿prefieres un hostal o un camping?
(Ja, geef je de voorkeur aan een hostel of een camping?)

Oefening 4: Vertaal en gebruik in een zin

Instructie: Vertaal en spreek het woord hardop uit. Gebruik het woord in een zin.

Toon vertaling
1. Habitación doble
(Tweepersoonskamer)
2. Haz la reserva
(Maak de reservering)
3. Confirma
(Bevestigt)
4. Hostal
(Hostel)
5. Buscar
(Zoeken)
6. Incluido
(Inbegrepen)
7. Alojamiento
(Accommodatie)
8. Pensión completa
(Volpension)