10K+ studenten - 4.8/5

Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie

A1.17.4 De Spaanse tapas

Ontdek de typische tapas van Spanje, van de Andalusische gazpacho tot de Galicische octopus, langs de Baskische pintxos en de Valenciaanse esgarraet.

Cultura: Las tapas españolas

Descubre las tapas típicas de España, desde el gazpacho andaluz hasta el pulpo a la gallega, pasando por los pintxos vascos y el esgarraet valenciano.

A1.17.4 De Spaanse tapas

A1 Spaans Gastronomie Spanje

Niveau: A1

Module 3: Día a día (Dag tot dag)

Les 17: Cocinar (Koken)

Leergeschiedenis

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten

Audio en video

Audio
Audio
Audio with translations
Audio with translations

Lees- en luisteroefening

Las tapas son pequeños platos de comida. Cada región tiene sus tapas típicas. En Andalucía, es común el gazpacho. El gazpacho es una sopa fría de tomate, pepino, pimiento, ajo, aceite, y pan. En el País Vasco, las tapas se llaman pinchos. Una tapa típica vasca es la gilda. Lleva aceitunas y anchoas. En Galicia es famoso el pulpo. Esta tapa gallega se compone de pulpo, patatas, pimentón, aceite y sal. En la Comunidad Valenciana, una tapa muy popular es la esgarraet. Está hecha con pimientos rojos, bacalao, ajo y aceite. En España, se suele cocinar con aceite.

Vertaling

De tapas zijn kleine borden met eten. Elke regio heeft zijn eigen tapas typisch. In Andalusië is gazpacho gebruikelijk. Gazpacho is een koude soep van tomaat, komkommer, paprika, knoflook, olie en brood. In Baskenland worden de tapas pinchos genoemd. Een typische Baskische tapa is de gilda. Het bevat olijven en ansjovis. In Galicië is de octopus beroemd. Deze Galicische tapa bestaat uit octopus, aardappelen, paprika, olie en zout. In de regio Valencia is er een zeer populaire tapa genaamd esgarraet. Het is gemaakt met rode paprika's, kabeljauw, knoflook en olie. In Spanje kookt men vaak met olie.

Oefening 1: Discussievragen

Instructie: Bespreek de vragen nadat je naar de audio hebt geluisterd of de tekst hebt gelezen.

  1. ¿Qué lleva el gazpacho andaluz?
  2. Wat zit er in de Andalusische gazpacho?
  3. ¿Qué es famoso en Galicia?
  4. Wat is beroemd in Galicië?
  5. ¿Qué lleva el esgarraet?
  6. Wat zit er in de esgarraet?
  7. ¿Te gustan las tapas españolas?
  8. Hou je van Spaanse tapas?
  9. ¿Qué platos típicos de tu país hay que probar?
  10. Welke typische gerechten uit jouw land moet je proberen?

Oefening 2: Vertaal en gebruik in een zin

Instructie: Vertaal en spreek het woord hardop uit. Gebruik het woord in een zin.

Toon vertaling
1. Aceite
(Olie)
2. Tomate
(Tomaat)
3. Ajo
(Knoflook)
4. Pulpo
(Octopus)
5. Tapas
(Tapas)
6. Cocinar
(Koken)