10K+ studenten - 4.8/5

Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie

A1.41.4 Weekendplannen in Spaanse steden

We leren praten over weekendplannen. We verkennen verschillende Spaanse steden en verschillende vrijetijdsactiviteiten.

Cultura: Planes de fin de semana en ciudades españolas

Aprendemos a hablar de planes del fin de semana. Exploramos distintas ciudades españolas y distintas actividades de ocio.

A1.41.4 Weekendplannen in Spaanse steden

A1 Spaans Kunst Spanje

Niveau: A1

Module 6: La ciudad y el pueblo (De stad en het dorp)

Les 41: Describir pasatiempos (Hobby's beschrijven)

Leergeschiedenis

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten

Audio en video

Audio
Audio
Audio with translations
Audio with translations

Lees- en luisteroefening

Durante el tiempo libre puedes hacer muchas cosas en las ciudades de España. En Madrid muchas personas visitan el museo del Prado. Hay cuadros muy interesantes. En Valencia puedes ir al parque del Turia y leer, sacar fotos o escuchar música. En Sevilla, a la gente le gusta ver espectáculos de flamenco. Se combinan la música y el baile. También puedes ir al cine para ver una película o pasar tiempo con amigos.

Vertaling

In je vrije tijd kun je veel dingen doen in de steden van Spanje. In Madrid bezoeken veel mensen het museum del Prado. Er zijn heel interessante schilderijen. In Valencia kun je naar het Turia park gaan en lezen, foto's maken of luisteren naar muziek. In Sevilla houden mensen ervan om flamencoshows te zien. Muziek en dans worden gecombineerd. Je kunt ook naar de bioscoop gaan om een film te zien of tijd doorbrengen met vrienden.

Oefening 1: Discussievragen

Instructie: Bespreek de vragen nadat je naar de audio hebt geluisterd of de tekst hebt gelezen.

  1. ¿Qué es El Prado? A) Un parque B) Un museo
  2. Wat is El Prado? A) Een park B) Een museum
  3. Verdadero/Falso: La gente no escucha música en el parque del Turia.
  4. Waar/Niet waar: Mensen luisteren geen muziek in het Turia-park.
  5. ¿Qué es el flamenco? A) Baile B) Música C) Baile y Música
  6. Wat is flamenco? A) Dans B) Muziek C) Dans en Muziek
  7. ¿Qué es la mejor actividad para hacer en tu ciudad?
  8. Wat is de beste activiteit om te doen in jouw stad?

Oefening 2: Vertaal en gebruik in een zin

Instructie: Vertaal en spreek het woord hardop uit. Gebruik het woord in een zin.

Toon vertaling
1. Cuadros
(Schilderijen)
2. Música
(Muziek)
3. Escuchar
(Luisteren)
4. Película
(Film)
5. Museo
(Museum)