Votar (stemmen) - Pretérito imperfecto, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs) Delen Gekopieerd!

Votar - Vervoeging van stemmen in het Spaans: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs. (Pretérito imperfecto, indicativo).
Pretérito imperfecto, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs)
Alle vervoegingen en tijden: Votar (stemmen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Lesprogramma: Spaanse les - El gobierno y las elecciones (De regering en verkiezingen)
Vervoeging van stemmen in de pretérito imperfecto
Spaans | Nederlands |
---|---|
(yo) votaba | ik stemde |
(tú) votabas | jij stemde |
(él/ella) votaba | hij stemde/zij stemde |
(nosotros/nosotras) votábamos | wij stemden |
(vosotros/vosotras) votabais | jullie stemden |
(ellos/ellas) votaban | zij stemden |
Voorbeeldzinnen
Spaans | Nederlands |
---|---|
Yo votaba por el partido político. | Ik stemde op de politieke partij. |
Tú votabas en cada elección. | Jij stemde bij elke verkiezing. |
Él votaba siempre con su padre. | Hij stemde altijd met zijn vader. |
Nosotros votábamos en el parlamento. | Wij stemden in het parlement. |
Vosotros votabais por el presidente. | jullie stemden voor de president. |
Ellos votaban en la Unión Europea. | Zij stemden in de Europese Unie. |
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie: Kies de juiste vorm.
votaban, votabais, votaba, votábamos, votabas
1.
Yo ... por el partido político.
(Ik stemde op de politieke partij.)
2.
Tú ... en cada elección.
(Jij stemde bij elke verkiezing.)
3.
Él ... siempre con su padre.
(Hij stemde altijd met zijn vader.)
4.
Nosotros ... en el parlamento.
(Wij stemden in het parlement.)
5.
Vosotros ... por el presidente.
(Jullie stemden voor de president.)
6.
Ellos ... en la unión europea.
(Zij stemden in de Europese Unie.)