Traer (brengen) - Pretérito perfecto, indicativo (Voltooid tegenwoordige tijd, aantonende wijs)

 Traer (brengen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Traer - Vervoeging van Brengen in het Spaans: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de voltooid tegenwoordige tijd, aantonende wijs (Pretérito perfecto, indicativo).

Pretérito perfecto, indicativo (Voltooid tegenwoordige tijd, aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Traer (brengen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Lesprogramma: Spaanse les - Electrodomésticos (Huishoudelijke apparaten)

Vervoeging van traer in Pretérito perfecto

Spaans Nederlands
yo he traído ik heb gebracht
tú has traído jij hebt gebracht
él/ella ha traído hij heeft gebracht
nosotros/nosotras hemos traído wij hebben gebracht
vosotros/vosotras habéis traído jullie hebben gebracht
ellos/ellas han traído zij hebben gebracht

Voorbeeldzinnen

Spaans Nederlands
He traído la mochila para el viaje. Ik heb de rugzak voor de reis meegenomen.
¿Has traído las gafas de sol? Jij hebt de zonnebril gebracht
Ha traído el biquini y la toalla. Hij heeft de bikini en de handdoek meegenomen.
Hemos traído toda la ropa interior. We hebben al het ondergoed meegebracht.
¿Habéis traído la maleta llena? Hebben jullie de koffer vol gebracht?
Han traído el bolso y la gorra. Ze hebben de tas en de pet gebracht.

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

he traído, has traído, ha traído, hemos traído, habéis traído, han traído

1.
¿... la maleta llena?
(Hebben jullie de koffer vol meegebracht?)
2.
... la mochila para el viaje.
(Ik heb de rugzak voor de reis meegenomen.)
3.
... el bolso y la gorra.
(Ze hebben de tas en de pet gebracht.)
4.
... toda la ropa interior.
(We hebben al het ondergoed meegebracht.)
5.
... el biquini y la toalla.
(Hij heeft de bikini en de handdoek meegenomen.)
6.
¿... las gafas de sol?
(Heb je de zonnebril meegebracht?)