Querer (willen) - Pretérito indefinido, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs)

 Querer (willen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Querer - Vervoeging van willen in het Spaans: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de verleden tijd, indicatieve wijs (Pretérito indefinido, indicativo).

Pretérito indefinido, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Querer (willen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Vervoeging van querer in Pretérito Indefinido

Spaans Nederlands
yo quise ik wilde
tú quisiste jij wilde
él/ella quiso hij wilde
nosotros/nosotras quisimos wij wilden
vosotros/vosotras quisisteis jullie wilden
ellos/ellas quisieron zij wilden

Voorbeeldzinnen

Spaans Nederlands
Quise probar las tapas. Ik wilde de tapas proberen.
Quisiste la ración de jamón. Je wilde de portie ham.
Quiso pedir la comida rápida. Hij wilde fastfood bestellen.
Quisimos una ración de croquetas. We wilden een portie kroketten.
Quisisteis las patatas bravas. Jullie wilden de patatas bravas.
Quisieron el plato combinado rico. Ze wilden het lekkere gecombineerde gerecht.

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

quise, quisiste, quiso, quisimos, quisisteis, quisieron

1.
... pedir la comida rápida.
(Hij wilde fastfood bestellen.)
2.
... las patatas bravas.
(Jullie wilden de patatas bravas.)
3.
... probar las tapas.
(Ik wilde de tapas proberen.)
4.
... el plato combinado rico.
(Ze wilden het lekkere gecombineerde gerecht.)
5.
... la ración de jamón.
(Je wilde de portie ham.)
6.
... una ración de croquetas.
(We wilden een portie kroketten.)