Pedir (vragen) - Pretérito perfecto, indicativo (Voltooid tegenwoordige tijd, aantonende wijs)

 Pedir (vragen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Pedir - Vervoeging van vragen in het Spaans: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de voltooide tegenwoordige tijd, aantonende wijs (Pretérito perfecto, indicativo).

Pretérito perfecto, indicativo (Voltooid tegenwoordige tijd, aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Pedir (vragen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Lesprogramma: Spaanse les - Preguntar cosas (Dingen vragen)

Vervoeging van pedir in Pretérito perfecto

Spaans Nederlands
yo he pedido ik heb gevraagd
tú has pedido jij hebt gevraagd
él/ella ha pedido hij heeft gevraagd
nosotros/nosotras hemos pedido wij hebben gevraagd
vosotros/vosotras habéis pedido jullie hebben gevraagd
ellos/ellas han pedido zij hebben gevraagd

Voorbeeldzinnen

Spaans Nederlands
He pedido un plato en el restaurante. Ik heb een gerecht besteld in het restaurant.
Has pedido el postre en la cafetería. Je hebt het dessert in de cafetaria besteld.
Ha pedido una bebida al camarero. Hij heeft een drankje aan de ober gevraagd.
Hemos pedido la cuenta después de cenar. We hebben om de rekening gevraagd na het diner.
Habéis pedido un menú en la pizzería. Jullie hebben een menu besteld in de pizzeria.
Han pedido una mesa en el bar. Ze hebben een tafel in de bar gereserveerd.

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

han pedido, has pedido, habéis pedido, hemos pedido, ha pedido, he pedido

1.
... un menú en la pizzería.
(Jullie hebben een menu besteld in de pizzeria.)
2.
... el postre en la cafetería.
(Je hebt het dessert in de cafetaria besteld.)
3.
... un plato en el restaurante.
(Ik heb een gerecht besteld in het restaurant.)
4.
... la cuenta después de cenar.
(We hebben om de rekening gevraagd na het diner.)
5.
... una mesa en el bar.
(Ze hebben een tafel in de bar gereserveerd.)
6.
... una bebida al camarero.
(Hij heeft een drankje aan de ober gevraagd.)