Odiar (haten) - Presente, indicativo (Tegenwoordige tijd, aantonende wijs)

 Odiar (haten) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Odiar - Vervoeging van Haten in het Spaans: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige, indicatieve tijd (Presente, indicativo).

Presente, indicativo (Tegenwoordige tijd, aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Odiar (haten) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Lesprogramma: Spaanse les - Colores (Kleuren)

Vervoeging van odiar in de tegenwoordige tijd

Spaans Nederlands
yo odio ik haat
tú odias jij haat
él/ella odia hij/zij haat
nosotros/nosotras odiamos wij haten
vosotros/vosotras odiáis jullie haten
ellos/ellas odian zij haten

Voorbeeldzinnen

Spaans Nederlands
Odio el color marrón. Ik haat de kleur bruin.
¿Por qué odias el verde? jij haat het groen
Él odia pintar en azul. Hij haat schilderen in blauw.
Odiamos el gris en la ropa. We haten grijs in kleding.
¿Odiáis los zapatos rojos? Jullie haten de rode schoenen
Ellas odian maquillarse en rosa. Zij haten het om zich roze op te maken.

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

odio, odias, odia, odiamos, odiáis, odian

1.
... el color marrón.
(Ik haat de kleur bruin.)
2.
Él ... pintar en azul.
(Hij haat schilderen in blauw.)
3.
¿... los zapatos rojos?
(Haten jullie rode schoenen?)
4.
¿Por qué ... el verde?
(Waarom haat je groen?)
5.
Ellas ... maquillarse en rosa.
(Zij haten het om zich roze op te maken.)
6.
... el gris en la ropa.
(We haten grijs in kleding.)