Estar (zijn) - Pretérito indefinido, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs) Delen Gekopieerd!

Estar - Vervoeging van zijn in het Spaans: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de verleden tijd, indicatief (Pretérito indefinido, indicativo).
Pretérito indefinido, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs)
Alle vervoegingen en tijden: Estar (zijn) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Lesprogramma: Spaanse les - Saludos y despedidas (Groeten en afscheid)
Vervoeging van estar in Pretérito Indefinido
Spaans | Nederlands |
---|---|
(yo) estuve | ik was |
(tú) estuviste | jij was |
(él/ella) estuvo | hij/zij was |
(nosotros/nosotras) estuvimos | wij waren |
(vosotros/vosotras) estuvisteis | jullie waren |
(ellos/ellas) estuvieron | zij waren |
Voorbeeldzinnen
Spaans | Nederlands |
---|---|
Ayer estuve en un consejo sobre transporte sostenible. | Ik was gisteren op een raad over duurzaam vervoer. |
Estuviste en la zona verde montando bicicleta. | jij was in de groene zone aan het fietsen. |
El ciclista estuvo contento en el carril bici. | Hij was tevreden op het fietspad. |
Estuvimos eligiendo el coche eléctrico. | Wij waren de elektrische auto aan het kiezen. |
Estuvisteis viajando en tren por la carretera. | Jullie waren met de trein aan het reizen over de weg. |
Estuvieron revisando el transporte público. | Zij waren het openbaar vervoer aan het controleren. |
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie: Kies de juiste vorm.
estuve, estuviste, estuvo, estuvimos, estuvisteis, estuvieron
1.
... revisando el transporte público.
(Zij waren het openbaar vervoer aan het controleren.)
2.
... en la zona verde montando bicicleta.
(Jij was in de groene zone aan het fietsen.)
3.
... eligiendo el coche eléctrico.
(Wij waren de elektrische auto aan het kiezen.)
4.
... viajando en tren por la carretera.
(Jullie waren met de trein aan het reizen over de weg.)
5.
Ayer ... en un consejo sobre transporte sostenible.
(Ik was gisteren op een raad over duurzaam vervoer.)
6.
El ciclista ... contento en el carril bici.
(Hij was tevreden op het fietspad.)