Depender (afhangen) - Pretérito imperfecto, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs) Delen Gekopieerd!

Depender - Vervoeging van afhangen in het Spaans: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de verleden tijd, aantonende wijs (Pretérito imperfecto, indicativo).
Pretérito imperfecto, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs)
Alle vervoegingen en tijden: Depender (afhangen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Lesprogramma: Spaanse les - Deseos y anhelos (Wensen en verlangens)
Vervoeging van afhangen in de Pretérito imperfecto
Spaans | Nederlands |
---|---|
yo dependía | ik hing af |
tú dependías | jij hing af |
él/ella dependía | hij/zij hing af |
nosotros/nosotras dependíamos | wij hingen af |
vosotros/vosotras dependíais | jullie hingen af |
ellos/ellas dependían | zij hingen af |
Voorbeeldzinnen
Spaans | Nederlands |
---|---|
Cuando era joven, dependía del apoyo de mi familia para estudiar el doctorado. | Toen ik jong was, hing ik af van de steun van mijn familie om te promoveren. |
Siempre dependías de las revistas para estar informado sobre las novedades en la música. | Jij hing altijd af van de tijdschriften om op de hoogte te zijn van de nieuwtjes in de muziek. |
Ella dependía de su ayudante en el laboratorio para llevar a cabo los experimentos. | Zij hing af van haar assistent in het laboratorium om de experimenten uit te voeren. |
En nuestra infancia, dependíamos de la emisora de radio para escuchar las noticias. | Wij hingen in onze kindertijd af van de radiozender om het nieuws te horen. |
Vosotros dependíais de las redes sociales para comunicaros con los amigos durante la universidad. | Jullie hingen van sociale media af om met vrienden te communiceren tijdens de universiteit. |
Ellos dependían del periódico para estar al tanto del impacto de las innovaciones tecnológicas. | Zij hingen af van de krant om op de hoogte te blijven van de impact van technologische innovaties. |
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie: Kies de juiste vorm.
dependíais, dependías, dependía, dependíamos, dependían
1.
Cuando era joven, ... del apoyo de mi familia para estudiar el doctorado.
(Toen ik jong was, hing ik af van de steun van mijn familie om te promoveren.)
2.
Siempre ... de las revistas para estar informado sobre las novedades en la música.
(Jij hing altijd af van de tijdschriften om op de hoogte te zijn van de nieuwtjes in de muziek.)
3.
Ella ... de su ayudante en el laboratorio para llevar a cabo los experimentos.
(Zij hing af van haar assistent in het laboratorium om de experimenten uit te voeren.)
4.
En nuestra infancia, ... de la emisora de radio para escuchar las noticias.
(Wij hingen in onze kindertijd af van de radiozender om het nieuws te horen.)
5.
Vosotros ... de las redes sociales para comunicaros con los amigos durante la universidad.
(Jullie hingen van sociale media af om met vrienden te communiceren tijdens de universiteit.)
6.
Ellos ... del periódico para estar al tanto del impacto de las innovaciones tecnológicas.
(Zij hingen af van de krant om op de hoogte te blijven van de impact van technologische innovaties.)