Indicativo (Aantonende wijs)
|
Subjuntivo (Aanvoegende wijs)
|
Presente
(Tegenwoordige tijd)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Yo creo una canción.
Ik maak een lied.
-
Tú creas una escultura.
jij maakt een sculptuur.
-
Él crea una oportunidad para negociar.
Hij maakt een kans om te onderhandelen.
-
Nosotros creamos un plan para plantar árboles.
Wij maken een plan om bomen te planten.
-
Vosotros creáis un ambiente agradable.
Jullie maken een aangename sfeer.
-
Ellos crean una fotografía muy bonita.
Zij maken een heel mooie foto.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Presente, indicativo)
1.
Nosotros ... un plan para plantar árboles.
Nosotros creamos un plan para plantar árboles.
(Wij maken een plan om bomen te planten.)
2.
Yo ... una canción.
3.
Él ... una oportunidad para negociar.
Él crea una oportunidad para negociar.
(Hij maakt een kans om te onderhandelen.)
4.
Ellos ... una fotografía muy bonita.
Ellos crean una fotografía muy bonita.
(Zij maken een heel mooie foto.)
5.
Tú ... una escultura.
(Jij maakt een sculptuur.)
6.
Vosotros ... un ambiente agradable.
Vosotros creáis un ambiente agradable.
(Jullie maken een aangename sfeer.)
-
yo creo
ik maak
-
tú creas
jij maakt
-
él/ella crea
hij/zij maakt
-
nosotros/nosotras creamos
wij maken
-
vosotros/vosotras creáis
jullie maken
-
ellos/ellas crean
zij maken
|
Pretérito perfecto
(Voltooid tegenwoordige tijd)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Yo he creado una canción.
Ik heb een liedje gemaakt.
-
Tú has creado una escultura interesante.
Jij hebt een interessante sculptuur gemaakt.
-
Él ha creado una fotografía fascinante.
Hij heeft een fascinerende foto gemaakt.
-
Nosotros hemos creado un plan para la excursión.
Wij hebben een plan voor de excursie gemaakt.
-
Vosotros habéis creado una obra para la floristería.
Jullie hebben een werk gemaakt voor de bloemenwinkel.
-
Ellos han creado un proyecto para proteger la naturaleza.
Zij hebben een project gemaakt om de natuur te beschermen.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Pretérito perfecto, indicativo)
1.
Tú ... una escultura interesante.
Tú has creado una escultura interesante.
(Jij hebt een interessante sculptuur gemaakt.)
2.
Yo ... una canción.
Yo he creado una canción.
(Ik heb een liedje gemaakt.)
3.
Él ... una fotografía fascinante.
Él ha creado una fotografía fascinante.
(Hij heeft een fascinerende foto gemaakt.)
4.
Vosotros ... una obra para la floristería.
Vosotros habéis creado una obra para la floristería.
(Jullie hebben een werk gemaakt voor de bloemenwinkel.)
5.
Nosotros ... un plan para la excursión.
Nosotros hemos creado un plan para la excursión.
(Wij hebben een plan voor de excursie gemaakt.)
6.
Ellos ... un proyecto para proteger la naturaleza.
Ellos han creado un proyecto para proteger la naturaleza.
(Zij hebben een project gemaakt om de natuur te beschermen.)
-
yo he creado
ik heb gemaakt
-
tú has creado
jij hebt gemaakt
-
él/ella ha creado
hij/zij heeft gemaakt
-
nosotros/nosotras hemos creado
wij hebben gemaakt
-
vosotros/vosotras habéis creado
jullie hebben gemaakt
-
ellos/ellas han creado
zij hebben gemaakt
|
Subjuntivo presente
(Aanvoegende wijs tegenwoordige tijd)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Espero que yo cree una canción interesante.
Ik hoop dat ik een interessant lied maak.
-
Quiero que tú crees la escultura con más detalle.
Ik wil dat jij de sculptuur met meer detail maakt.
-
Es importante que él cree una obra de arte natural.
Het is belangrijk dat hij een kunstwerk van de natuur maakt.
-
Espero que nosotros creemos un proyecto de reciclaje.
Ik hoop dat wij een recyclingproject maken.
-
Es necesario que vosotros creéis un plan para plantar más flores.
Het is noodzakelijk dat jullie een plan maken om meer bloemen te planten.
-
Espero que ellos creen una canción sobre la naturaleza.
Ik hoop dat zij een lied over de natuur maken.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Subjuntivo presente, subjuntivo)
1.
Espero que yo ... una canción interesante.
Espero que yo cree una canción interesante.
(Ik hoop dat ik een interessant lied maak.)
2.
Espero que nosotros ... un proyecto de reciclaje.
Espero que nosotros creemos un proyecto de reciclaje.
(Ik hoop dat wij een recyclingproject maken.)
3.
Es importante que él ... una obra de arte natural.
Es importante que él cree una obra de arte natural.
(Het is belangrijk dat hij een kunstwerk van de natuur maakt.)
4.
Es necesario que vosotros ... un plan para plantar más flores.
Es necesario que vosotros creéis un plan para plantar más flores.
(Het is noodzakelijk dat jullie een plan maken om meer bloemen te planten.)
5.
Quiero que tú ... la escultura con más detalle.
Quiero que tú crees la escultura con más detalle.
(Ik wil dat jij de sculptuur met meer detail maakt.)
6.
Espero que ellos ... una canción sobre la naturaleza.
Espero que ellos creen una canción sobre la naturaleza.
(Ik hoop dat zij een lied over de natuur maken.)
-
yo cree
ik maak
-
tú crees
jij maakt
-
él/ella cree
hij maakt
-
nosotros/nosotras creemos
wij maken
-
vosotros/vosotras creéis
jullie maken
-
ellos/ellas creen
zij maken
|
Subjuntivo pretérito perfecto
(Voltooid verleden toekomende tijd)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Espero que haya creado una canción bonita.
Ik hoop dat hij een mooie liedje heeft gemaakt.
-
Me alegra que hayas creado la escultura.
Ik ben blij dat jij de sculptuur hebt gemaakt.
-
No creo que haya creado algo tan interesante.
Ik geloof niet dat hij iets zo interessant gemaakt heeft.
-
Es bueno que hayamos creado un proyecto juntos.
Het is goed dat wij een project samen hebben gemaakt.
-
Me sorprende que hayáis creado algo tan fascinante.
Ik ben verrast dat jullie iets zo fascinerends hebben gemaakt.
-
Es posible que hayan creado algo exótico.
Het is mogelijk dat zij iets exotisch hebben gemaakt.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Subjuntivo pretérito perfecto, subjuntivo)
1.
Espero que ... una canción bonita.
Espero que haya creado una canción bonita.
(Ik hoop dat hij een mooie liedje heeft gemaakt.)
2.
Me sorprende que ... algo tan fascinante.
Me sorprende que hayáis creado algo tan fascinante.
(Ik ben verrast dat jullie iets zo fascinerends hebben gemaakt.)
3.
Es bueno que ... un proyecto juntos.
Es bueno que hayamos creado un proyecto juntos.
(Het is goed dat wij een project samen hebben gemaakt.)
4.
No creo que ... algo tan interesante.
No creo que haya creado algo tan interesante.
(Ik geloof niet dat hij iets zo interessant gemaakt heeft.)
5.
Es posible que ... algo exótico.
Es posible que hayan creado algo exótico.
(Het is mogelijk dat zij iets exotisch hebben gemaakt.)
6.
Me alegra que ... la escultura.
Me alegra que hayas creado la escultura.
(Ik ben blij dat jij de sculptuur hebt gemaakt.)
-
yo haya creado
ik heb gemaakt
-
tú hayas creado
jij hebt gemaakt
-
él/ella haya creado
hij/zij heeft gemaakt
-
nosotros/nosotras hayamos creado
wij hebben gemaakt
-
vosotros/vosotras hayáis creado
jullie hebben gemaakt
-
ellos/ellas hayan creado
zij hebben gemaakt
|
Pretérito imperfecto
(Onvoltooid verleden tijd)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Yo creaba esculturas en la playa cuando vivía en el sur.
Ik maakte sculpturen op het strand toen ik in het zuiden woonde.
-
Tú creabas canciones mientras aprendías a tocar el piano.
Jij maakte liedjes terwijl je piano leerde spelen.
-
Él creaba obras de arte fascinantes en la naturaleza.
Hij maakte fascinerende kunstwerken in de natuur.
-
Nosotros creábamos proyectos interesantes en la clase de ciencias.
Wij maakten interessante projecten in de natuurkundeles.
-
Vosotros creabais historias misteriosas sobre animales salvajes.
Jullie maakten mysterieuze verhalen over wilde dieren.
-
Ellos creaban planes para visitar diferentes lugares turísticos.
Zij maakten plannen om verschillende toeristische plaatsen te bezoeken.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Pretérito imperfecto, indicativo)
1.
Nosotros ... proyectos interesantes en la clase de ciencias.
Nosotros creábamos proyectos interesantes en la clase de ciencias.
(Wij maakten interessante projecten in de natuurkundeles.)
2.
Tú ... canciones mientras aprendías a tocar el piano.
Tú creabas canciones mientras aprendías a tocar el piano.
(Jij maakte liedjes terwijl je piano leerde spelen.)
3.
Vosotros ... historias misteriosas sobre animales salvajes.
Vosotros creabais historias misteriosas sobre animales salvajes.
(Jullie maakten mysterieuze verhalen over wilde dieren.)
4.
Yo ... esculturas en la playa cuando vivía en el sur.
Yo creaba esculturas en la playa cuando vivía en el sur.
(Ik maakte sculpturen op het strand toen ik in het zuiden woonde.)
5.
Ellos ... planes para visitar diferentes lugares turísticos.
Ellos creaban planes para visitar diferentes lugares turísticos.
(Zij maakten plannen om verschillende toeristische plaatsen te bezoeken.)
6.
Él ... obras de arte fascinantes en la naturaleza.
Él creaba obras de arte fascinantes en la naturaleza.
(Hij maakte fascinerende kunstwerken in de natuur.)
-
yo creaba
ik maakte
-
tú creabas
jij maakte
-
él/ella creaba
hij/zij maakte
-
nosotros/nosotras creábamos
wij maakten
-
vosotros/vosotras creabais
jullie maakten
-
ellos/ellas creaban
zij maakten
|
Pretérito pluscuamperfecto
(Voltooid verleden tijd)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Yo había creado una canción para el músico.
Ik had een lied gemaakt voor de muzikant.
-
Tú habías creado una escultura para la exposición.
Jij had een sculptuur gemaakt voor de tentoonstelling.
-
Él había creado un plan para plantarse una orquídea.
Hij had een plan gemaakt om een orchidee te planten.
-
Nosotros habíamos creado un sitio web para comunicarlo.
Wij hadden een website gemaakt om het mee te delen.
-
Vosotros habíais creado la canción que el fotógrafo mostró.
Jullie hadden het lied gemaakt dat de fotograaf liet zien.
-
Ellos habían creado un mapa del valle protegido.
Zij hadden een kaart van de beschermde vallei gemaakt.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Pretérito pluscuamperfecto, indicativo)
1.
Yo ... una canción para el músico.
Yo había creado una canción para el músico.
(Ik had een lied gemaakt voor de muzikant.)
2.
Él ... un plan para plantarse una orquídea.
Él había creado un plan para plantarse una orquídea.
(Hij had een plan gemaakt om een orchidee te planten.)
3.
Ellos ... un mapa del valle protegido.
Ellos habían creado un mapa del valle protegido.
(Zij hadden een kaart van de beschermde vallei gemaakt.)
4.
Nosotros ... un sitio web para comunicarlo.
Nosotros habíamos creado un sitio web para comunicarlo.
(Wij hadden een website gemaakt om het mee te delen.)
5.
Vosotros ... la canción que el fotógrafo mostró.
Vosotros habíais creado la canción que el fotógrafo mostró.
(Jullie hadden het lied gemaakt dat de fotograaf liet zien.)
6.
Tú ... una escultura para la exposición.
Tú habías creado una escultura para la exposición.
(Jij had een sculptuur gemaakt voor de tentoonstelling.)
-
yo había creado
ik had gemaakt
-
tú habías creado
jij had gemaakt
-
él/ella había creado
hij/zij had gemaakt
-
nosotros/nosotras habíamos creado
wij hadden gemaakt
-
vosotros/vosotras habíais creado
jullie hadden gemaakt
-
ellos/ellas habían creado
zij hadden gemaakt
|
Subjuntivo pretérito imperfecto
(Onvoltooid verleden conjunctief)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Si yo creara/crease una canción, la enviaría a un músico.
Als ik een liedje maakte, zou ik het naar een muzikant sturen.
-
Si tú crearas/creases una escultura, se la mostrarías al fotógrafo.
Als jij een sculptuur zou maken, zou je het aan de fotograaf laten zien.
-
Si él creara/crease una obra de arte, la firmaría en la floristería.
Als hij een kunstwerk maakte, zou hij het ondertekenen in de bloemenwinkel.
-
Si nosotros creáramos/creásemos un plan, podríamos terminarlo juntos.
Als wij een plan maakten, zouden we het samen kunnen afmaken.
-
Si vosotros crearais/creaseis algo bonito, recordaríais subirlo al sitio web.
Als jullie iets moois zouden maken, zouden jullie het op de website herinneren te plaatsen.
-
Si ellos crearan/creasen la letra de una canción, un músico la podría probar.
Als zij de tekst van een lied maakten, zou een muzikant het kunnen uitproberen.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Subjuntivo pretérito imperfecto, subjuntivo)
1.
Si ellos ... la letra de una canción, un músico la podría probar.
Si ellos crearan/creasen la letra de una canción, un músico la podría probar.
(Als zij de tekst van een lied maakten, zou een muzikant het kunnen uitproberen.)
2.
Si él ... una obra de arte, la firmaría en la floristería.
Si él creara/crease una obra de arte, la firmaría en la floristería.
(Als hij een kunstwerk maakte, zou hij het ondertekenen in de bloemenwinkel.)
3.
Si yo ... una canción, la enviaría a un músico.
Si yo creara/crease una canción, la enviaría a un músico.
(Als ik een liedje maakte, zou ik het naar een muzikant sturen.)
4.
Si vosotros ... algo bonito, recordaríais subirlo al sitio web.
Si vosotros crearais/creaseis algo bonito, recordaríais subirlo al sitio web.
(Als jullie iets moois zouden maken, zouden jullie het op de website herinneren te plaatsen.)
5.
Si nosotros ... un plan, podríamos terminarlo juntos.
Si nosotros creáramos/creásemos un plan, podríamos terminarlo juntos.
(Als wij een plan maakten, zouden we het samen kunnen afmaken.)
6.
Si tú crearas/... una escultura, se la mostrarías al fotógrafo.
Si tú crearas/creases una escultura, se la mostrarías al fotógrafo.
(Als jij een sculptuur zou maken, zou je het aan de fotograaf laten zien.)
-
yo creara/crease
ik maakte
-
tú crearás/creases
jij zou maken
-
él/ella creara/crease
hij zou maken
-
nosotros/nosotras creáramos/creásemos
wij zouden maken
-
vosotros/vosotras crearais/creaseis
jullie zouden maken
-
ellos/ellas crearan/creasen
zij maakten
|
Subjuntivo pluscuamperfecto
(Voltooid verleden tijd (aanvoegende wijs))
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Me hubiera/hubiese desconectado de la naturaleza si hubiera/hubiese creado ese proyecto.
Ik zou losgekoppeld zijn van de natuur als ik dat project had gemaakt.
-
Tú hubieras/hubieses realizado más actividades si hubieras/hubieses creado un plan.
Jij zou meer activiteiten hebben uitgevoerd als jij een plan had gemaakt.
-
El fotógrafo hubiera/hubiese tenido más éxito si hubiera/hubiese creado una página web.
Hij zou meer succes hebben gehad als hij een website zou hebben gemaakt.
-
Nosotros hubiéramos/hubiésemos ganado el concurso si hubiéramos/hubiésemos creado una canción mejor.
Wij zouden de wedstrijd hebben gewonnen als wij een betere lied hadden gemaakt.
-
Vosotros hubierais/hubieseis plantado más árboles si hubierais/hubieseis creado una campaña.
Jullie zouden meer bomen hebben geplant als jullie een campagne zouden hebben gemaakt.
-
Los toreros hubieran/hubiesen sido más famosos si hubieran/hubiesen creado más corridas de toros.
Zij zouden beroemder zijn geweest als zij meer stierengevechten hadden gemaakt.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Subjuntivo pluscuamperfecto, subjuntivo)
1.
Tú hubieras/hubieses realizado más actividades si ... un plan.
Tú hubieras/hubieses realizado más actividades si hubieras/hubieses creado un plan.
(Jij zou meer activiteiten hebben uitgevoerd als jij een plan had gemaakt.)
2.
El fotógrafo hubiera/hubiese tenido más éxito si ... una página web.
El fotógrafo hubiera/hubiese tenido más éxito si hubiera/hubiese creado una página web.
(Hij zou meer succes hebben gehad als hij een website zou hebben gemaakt.)
3.
Nosotros hubiéramos/hubiésemos ganado el concurso si ... una canción mejor.
Nosotros hubiéramos/hubiésemos ganado el concurso si hubiéramos/hubiésemos creado una canción mejor.
(Wij zouden de wedstrijd hebben gewonnen als wij een betere lied hadden gemaakt.)
4.
Vosotros hubierais/hubieseis plantado más árboles si ... una campaña.
Vosotros hubierais/hubieseis plantado más árboles si hubierais/hubieseis creado una campaña.
(Jullie zouden meer bomen hebben geplant als jullie een campagne zouden hebben gemaakt.)
5.
Me hubiera/hubiese desconectado de la naturaleza si ... ese proyecto.
Me hubiera/hubiese desconectado de la naturaleza si hubiera/hubiese creado ese proyecto.
(Ik zou losgekoppeld zijn van de natuur als ik dat project had gemaakt.)
6.
Los toreros hubieran/hubiesen sido más famosos si ... más corridas de toros.
Los toreros hubieran/hubiesen sido más famosos si hubieran/hubiesen creado más corridas de toros.
(Zij zouden beroemder zijn geweest als zij meer stierengevechten hadden gemaakt.)
-
yo hubiera/hubiese creado
ik zou hebben gemaakt
-
tú hubieras/hubieses creado
jij zou hebben gemaakt
-
él/ella hubiera/hubiese creado
hij zou hebben gemaakt
-
nosotros/nosotras hubiéramos/hubiésemos creado
wij zouden hebben gemaakt
-
vosotros/vosotras hubierais/hubieseis creado
jullie zouden hebben gemaakt
-
ellos/ellas hubieran/hubiesen creado
zij zouden hebben gemaakt
|
Pretérito indefinido
(Onvoltooid verleden tijd)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Ayer creé una escultura interesante.
Gisteren maakte ik een interessante sculptuur.
-
Tú creaste una canción bonita.
Jij maakte een mooi lied.
-
El músico creó una melodía exótica.
Hij maakte een exotische melodie.
-
Nosotros creamos un plan de viaje fascinante.
Wij maakten een fascinerend reisplan.
-
Vosotros creasteis una foto de la naturaleza.
jullie maakten een foto van de natuur.
-
Los fotógrafos crearon una galería de imágenes.
Zij maakten een galerij van beelden.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Pretérito indefinido, indicativo)
1.
Vosotros ... una foto de la naturaleza.
Vosotros creasteis una foto de la naturaleza.
(Jullie maakten een foto van de natuur.)
2.
El músico ... una melodía exótica.
El músico creó una melodía exótica.
(Hij maakte een exotische melodie.)
3.
Los fotógrafos ... una galería de imágenes.
Los fotógrafos crearon una galería de imágenes.
(Zij maakten een galerij van beelden.)
4.
Ayer ... una escultura interesante.
Ayer creé una escultura interesante.
(Gisteren maakte ik een interessante sculptuur.)
5.
Nosotros ... un plan de viaje fascinante.
Nosotros creamos un plan de viaje fascinante.
(Wij maakten een fascinerend reisplan.)
6.
Tú ... una canción bonita.
Tú creaste una canción bonita.
(Jij maakte een mooi lied.)
-
yo creé
ik maakte
-
tú creaste
jij maakte
-
él/ella creó
hij/zij maakte
-
nosotros/nosotras creamos
wij maakten
-
vosotros/vosotras creasteis
jullie maakten
-
ellos/ellas crearon
zij maakten
|
Pretérito anterior
(Verleden tijd voltooid)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Yo hube creado la escultura antes de que el fotógrafo llegara.
Ik had de sculptuur gemaakt voordat de fotograaf aankwam.
-
Tú hubiste creado una canción que todos admiraron.
Jij had een liedje gemaakt dat iedereen bewonderde.
-
Él/ella hubo creado un ambiente agradable en la floristería.
Hij had een aangename sfeer in de bloemenwinkel gemaakt.
-
Nosotros/nosotras hubimos creado un plan fascinante para la excursión.
Wij hadden een fascinerend plan voor de excursie gemaakt.
-
Vosotros/vosotras hubisteis creado una estrategia ecológica en la reunión.
Jullie hebben een ecologische strategie gemaakt in de vergadering.
-
Ellos/ellas hubieron creado un sistema de reciclaje en la oficina.
Zij hadden een recyclingsysteem op kantoor gemaakt.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Pretérito anterior, indicativo)
1.
Yo ... la escultura antes de que el fotógrafo llegara.
Yo hube creado la escultura antes de que el fotógrafo llegara.
(Ik had de sculptuur gemaakt voordat de fotograaf aankwam.)
2.
Él/ella ... un ambiente agradable en la floristería.
Él/ella hubo creado un ambiente agradable en la floristería.
(Hij had een aangename sfeer in de bloemenwinkel gemaakt.)
3.
Nosotros/nosotras ... un plan fascinante para la excursión.
Nosotros/nosotras hubimos creado un plan fascinante para la excursión.
(Wij hadden een fascinerend plan voor de excursie gemaakt.)
4.
Vosotros/vosotras ... una estrategia ecológica en la reunión.
Vosotros/vosotras hubisteis creado una estrategia ecológica en la reunión.
(Jullie hebben een ecologische strategie gemaakt in de vergadering.)
5.
Ellos/ellas ... un sistema de reciclaje en la oficina.
Ellos/ellas hubieron creado un sistema de reciclaje en la oficina.
(Zij hadden een recyclingsysteem op kantoor gemaakt.)
6.
Tú ... una canción que todos admiraron.
Tú hubiste creado una canción que todos admiraron.
(Jij had een liedje gemaakt dat iedereen bewonderde.)
-
yo hube creado
ik had gemaakt
-
tú hubiste creado
jij had gemaakt
-
él/ella hubo creado
hij/zij had gemaakt
-
nosotros/nosotras hubimos creado
wij hadden gemaakt
-
vosotros/vosotras hubisteis creado
jullie hadden gemaakt
-
ellos/ellas hubieron creado
zij hadden gemaakt
|
Subjuntivo futuro simple
(Toekomende tijd in de aanvoegende wijs)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Cuando yo creare una canción, se la mostraré a mis amigos.
Wanneer ik een liedje zal maken, zal ik het aan mijn vrienden laten zien.
-
Cuando tú creares la escultura, la tendrás que firmar.
Wanneer jij de sculptuur zult maken, moet je die ondertekenen.
-
Si él creare una melodía, seguro que será un éxito.
Als hij een melodie zou maken, zal het zeker een succes zijn.
-
Cuando nosotros creáremos un proyecto, necesitaremos tu opinión.
Wanneer wij een project zullen maken, zullen we jouw mening nodig hebben.
-
Si vosotros creareis una empresa, podéis contratarme.
Als jullie een bedrijf zouden maken, zouden jullie mij kunnen inhuren.
-
Si ellos crearen una obra de arte, será muy valiosa.
Als zij een kunstwerk zouden maken, zou het heel waardevol zijn.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Subjuntivo futuro simple, subjuntivo)
1.
Cuando yo ... una canción, se la mostraré a mis amigos.
Cuando yo creare una canción, se la mostraré a mis amigos.
(Wanneer ik een liedje zal maken, zal ik het aan mijn vrienden laten zien.)
2.
Cuando tú ... la escultura, la tendrás que firmar.
Cuando tú creares la escultura, la tendrás que firmar.
(Wanneer jij de sculptuur zult maken, moet je die ondertekenen.)
3.
Si vosotros ... una empresa, podéis contratarme.
Si vosotros creareis una empresa, podéis contratarme.
(Als jullie een bedrijf zouden maken, zouden jullie mij kunnen inhuren.)
4.
Si ellos ... una obra de arte, será muy valiosa.
Si ellos crearen una obra de arte, será muy valiosa.
(Als zij een kunstwerk zouden maken, zou het heel waardevol zijn.)
5.
Si él ... una melodía, seguro que será un éxito.
Si él creare una melodía, seguro que será un éxito.
(Als hij een melodie zou maken, zal het zeker een succes zijn.)
6.
Cuando nosotros ... un proyecto, necesitaremos tu opinión.
Cuando nosotros creáremos un proyecto, necesitaremos tu opinión.
(Wanneer wij een project zullen maken, zullen we jouw mening nodig hebben.)
-
yo creare
ik zal maken
-
tú creares
jij zult maken
-
él/ella creare
hij zal maken
-
nosotros/nosotras creáremos
wij zullen maken
-
vosotros/vosotras creareis
jullie zullen maken
-
ellos/ellas crearen
zij zouden maken
|
Subjuntivo futuro perfecto
(Voltooid tegenwoordige toekomende tijd)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Cuando yo hubiere creado la escultura, la mostraré en la escuela.
Wanneer ik de sculptuur zal hebben gemaakt, zal ik deze op school tonen.
-
Cuando tú hubieres creado la canción, te invitarán a cantarla.
Wanneer jij de lied zou hebben gemaakt, zullen ze je uitnodigen om het te zingen.
-
Cuando él hubiere creado el ramo de flores, lo regalará a su madre.
Wanneer hij de bos bloemen gemaakt zal hebben, zal hij het aan zijn moeder geven.
-
Cuando nosotros hubiéremos creado el proyecto, se lo presentaremos al maestro.
Wanneer wij het project zullen hebben gemaakt, zullen wij het aan de leraar presenteren.
-
Cuando vosotros hubiereis creado el programa, lo probaréis con los estudiantes.
Wanneer jullie het programma gemaakt hebben, zullen jullie het testen met de studenten.
-
Cuando ellos hubieren creado la página web, la informarán al público.
Wanneer zij de website gemaakt zullen hebben, zullen ze die aan het publiek meedelen.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Subjuntivo futuro perfecto, subjuntivo)
1.
Cuando él ... el ramo de flores, lo regalará a su madre.
Cuando él hubiere creado el ramo de flores, lo regalará a su madre.
(Wanneer hij de bos bloemen gemaakt zal hebben, zal hij het aan zijn moeder geven.)
2.
Cuando yo ... la escultura, la mostraré en la escuela.
Cuando yo hubiere creado la escultura, la mostraré en la escuela.
(Wanneer ik de sculptuur zal hebben gemaakt, zal ik deze op school tonen.)
3.
Cuando tú ... la canción, te invitarán a cantarla.
Cuando tú hubieres creado la canción, te invitarán a cantarla.
(Wanneer jij de lied zou hebben gemaakt, zullen ze je uitnodigen om het te zingen.)
4.
Cuando nosotros ... el proyecto, se lo presentaremos al maestro.
Cuando nosotros hubiéremos creado el proyecto, se lo presentaremos al maestro.
(Wanneer wij het project zullen hebben gemaakt, zullen wij het aan de leraar presenteren.)
5.
Cuando ellos ... la página web, la informarán al público.
Cuando ellos hubieren creado la página web, la informarán al público.
(Wanneer zij de website gemaakt zullen hebben, zullen ze die aan het publiek meedelen.)
6.
Cuando vosotros ... el programa, lo probaréis con los estudiantes.
Cuando vosotros hubiereis creado el programa, lo probaréis con los estudiantes.
(Wanneer jullie het programma gemaakt hebben, zullen jullie het testen met de studenten.)
-
yo hubiere creado
ik zou gemaakt hebben
-
tú hubieres creado
jij zult gemaakt hebben
-
él/ella hubiere creado
hij/zij zou hebben gemaakt
-
nosotros/nosotras hubiéremos creado
wij zouden gemaakt hebben
-
vosotros/vosotras hubiereis creado
jullie zullen gemaakt hebben
-
ellos/ellas hubieren creado
zij zouden gemaakt hebben
|
Futuro simple
(Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Yo crearé una canción para la clase.
Ik zal een lied maken voor de les.
-
Tú crearás un poema sobre la naturaleza.
Jij zult een gedicht maken over de natuur.
-
El músico creará una melodía hermosa.
Hij zal een mooie melodie maken.
-
Nosotros crearemos una escultura juntos.
Wij zullen een sculptuur maken samen.
-
Vosotros crearéis un álbum de fotos del viaje.
Jullie zullen een fotoalbum van de reis maken.
-
Ellos crearán una obra de teatro sobre el reciclaje.
Zij zullen een toneelstuk maken over recycling.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Futuro simple, indicativo)
1.
Yo ...é una canción para la clase.
Yo crearé una canción para la clase.
(Ik zal een lied maken voor de les.)
2.
Ellos ... una obra de teatro sobre el reciclaje.
Ellos crearán una obra de teatro sobre el reciclaje.
(Zij zullen een toneelstuk maken over recycling.)
3.
Vosotros ... un álbum de fotos del viaje.
Vosotros crearéis un álbum de fotos del viaje.
(Jullie zullen een fotoalbum van de reis maken.)
4.
Tú ... un poema sobre la naturaleza.
Tú crearás un poema sobre la naturaleza.
(Jij zult een gedicht maken over de natuur.)
5.
El músico ...? una melodía hermosa.
El músico creará una melodía hermosa.
(Hij zal een mooie melodie maken.)
6.
Nosotros ... una escultura juntos.
Nosotros crearemos una escultura juntos.
(Wij zullen een sculptuur maken samen.)
-
yo crear
ik zal maken
-
tú crearás
jij zult maken
-
él/ella creará
hij/zij zal maken
-
nosotros/nosotras crearemos
wij zullen maken
-
vosotros/vosotras crearéis
jullie zullen maken
-
ellos/ellas crearán
zij zullen maken
|
Futuro perfecto
(Voltooid toekomende tijd)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Habré creado el olor para la rosa.
Ik zal de geur voor de roos hebben gemaakt.
-
Habrás creado una canción para el músico.
jij zult een lied voor de muzikant hebben gemaakt.
-
Habrá creado una escultura fascinante en África.
Hij zal een fascinerend beeld in Afrika hebben gemaakt.
-
Habremos creado la página web del fotógrafo.
Wij zullen de website van de fotograaf hebben gemaakt.
-
Habréis creado un ramo de flores en la floristería.
Jullie zullen een boeket bloemen gemaakt hebben in de bloemenwinkel.
-
Habrán creado la canción que el fotógrafo va a imprimir.
Zij zullen het lied hebben gemaakt dat de fotograaf gaat afdrukken.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Futuro perfecto, indicativo)
1.
... un ramo de flores en la floristería.
Habréis creado un ramo de flores en la floristería.
(Jullie zullen een boeket bloemen gemaakt hebben in de bloemenwinkel.)
2.
... el olor para la rosa.
Habré creado el olor para la rosa.
(Ik zal de geur voor de roos hebben gemaakt.)
3.
... la página web del fotógrafo.
Habremos creado la página web del fotógrafo.
(Wij zullen de website van de fotograaf hebben gemaakt.)
4.
... la canción que el fotógrafo va a imprimir.
Habrán creado la canción que el fotógrafo va a imprimir.
(Zij zullen het lied hebben gemaakt dat de fotograaf gaat afdrukken.)
5.
... una canción para el músico.
Habrás creado una canción para el músico.
(Jij zult een lied voor de muzikant hebben gemaakt.)
6.
... una escultura fascinante en África.
Habrá creado una escultura fascinante en África.
(Hij zal een fascinerend beeld in Afrika hebben gemaakt.)
-
yo habré creado
ik zal hebben gemaakt
-
tú habrás creado
jij zal gemaakt hebben
-
él/ella habrá creado
hij zal hebben gemaakt
-
nosotros/nosotras habremos creado
wij zullen hebben gemaakt
-
vosotros/vosotras habréis creado
jullie zullen gemaakt hebben
-
ellos/ellas habrán creado
zij zullen hebben gemaakt
|
Imperativo (Imperatief)
|
Imperativo
(Gebiedende wijs)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Crea una canción interesante!
Maak een interessant lied!
-
Cree en el músico African!
Hij maak de Afrikaanse muzikant!
-
Creamos una obra de arte ecológica!
Wij maken een ecologisch kunstwerk!
-
Cread un ramo de flores bonito!
jullie maken een mooi boeket bloemen
-
Creen en las posibilidades del reciclaje!
Ze maken in de mogelijkheden van recycling!
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Imperativo, imperativo)
1.
... en las posibilidades del reciclaje!
Creen en las posibilidades del reciclaje!
(Ze maken in de mogelijkheden van recycling!)
2.
... una obra de arte ecológica!
Creamos una obra de arte ecológica!
(Wij maken een ecologisch kunstwerk!)
3.
... una canción interesante!
Crea una canción interesante!
(Maak een interessant lied!)
4.
... un ramo de flores bonito!
Cread un ramo de flores bonito!
(Jullie maken een mooi boeket bloemen)
5.
... en el músico african!
Cree en el músico african!
(Creëer de Afrikaanse muzikant!)
-
Crea!
maak
-
Cree!
Hij maak!
-
Creamos!
Laten we maken!
-
Cread!
jullie maken
-
Creen!
zij maken
|
Imperativo negativo
(Gebiedende wijs negatief)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
N/A
jij maakt niet
-
¡No crees problemas en la excursión!
jij maakt geen problemen tijdens de excursie
-
¡No cree más canciones tristes!
Maak geen trieste liedjes meer!
-
¡No creemos conflictos en el grupo!
laten we geen conflicten in de groep maken
-
¡No creéis confusión durante la visita!
zij maken geen verwarring tijdens het bezoek
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Imperativo negativo, imperativo)
1.
¡... conflictos en el grupo!
¡No creemos conflictos en el grupo!
(Laten we geen conflicten in de groep creëren!)
2.
...
3.
¡... más canciones tristes!
¡No cree más canciones tristes!
(Maak geen droevige liedjes meer!)
4.
¡... problemas en la excursión!
¡No crees problemas en la excursión!
(Maak geen problemen tijdens de excursie!)
5.
¡... confusión durante la visita!
¡No creéis confusión durante la visita!
(Verwonder tijdens het bezoek niet in verwarring!)
-
N/A
jij maakt niet
-
¡No crees!
Hij moet niet maken
-
¡No cree!
wij maken niet
-
¡No creemos!
jullie maken niet
-
¡No creéis!
zij maken niet
|
|
Condicional simple
(Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Yo crearía una canción para memorizar las reglas de gramática.
Ik zou een lied maken om de grammaticaregels te onthouden.
-
Tú crearías una escultura fascinante para el museo.
Jij zou een fascinerend beeldhouwwerk maken voor het museum.
-
Él crearía un ambiente agradable en la fiesta de cumpleaños.
Hij zou een aangename sfeer maken op het verjaardagsfeestje.
-
Nosotros crearíamos un plan para completar el proyecto a tiempo.
Wij zouden een plan maken om het project op tijd af te ronden.
-
Vosotros crearíais una página web para informar a los alumnos.
jullie zouden een webpagina maken om de leerlingen te informeren.
-
Ellos crearían una aplicación para facilitar el reciclaje.
Zij zouden een app maken om het recyclen te vergemakkelijken.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Condicional simple, indicativo)
1.
Yo ... una canción para memorizar las reglas de gramática.
Yo crearía una canción para memorizar las reglas de gramática.
(Ik zou een lied maken om de grammaticaregels te onthouden.)
2.
Él ... un ambiente agradable en la fiesta de cumpleaños.
Él crearía un ambiente agradable en la fiesta de cumpleaños.
(Hij zou een aangename sfeer maken op het verjaardagsfeestje.)
3.
Nosotros ... un plan para completar el proyecto a tiempo.
Nosotros crearíamos un plan para completar el proyecto a tiempo.
(Wij zouden een plan maken om het project op tijd af te ronden.)
4.
Ellos ... una aplicación para facilitar el reciclaje.
Ellos crearían una aplicación para facilitar el reciclaje.
(Zij zouden een app maken om het recyclen te vergemakkelijken.)
5.
Vosotros ... una página web para informar a los alumnos.
Vosotros crearíais una página web para informar a los alumnos.
(Jullie zouden een webpagina maken om de leerlingen te informeren.)
6.
Tú ... una escultura fascinante para el museo.
Tú crearías una escultura fascinante para el museo.
(Jij zou een fascinerend beeldhouwwerk maken voor het museum.)
-
yo crearía
ik zou maken
-
tú crearías
jij zou maken
-
él/ella crearía
hij/zij zou maken
-
nosotros/nosotras crearíamos
wij zouden maken
-
vosotros/vosotras crearíais
jullie zouden maken
-
ellos/ellas crearían
zij zouden maken
|
Condicional perfecto
(Voltooid conditioneel)
Oefeningen en voorbeeldzinnen
Voorbeeldzinnen
-
Yo habría creado una canción memorable.
Ik zou een gedenkwaardig lied hebben gemaakt.
-
Tú habrías creado un álbum fotográfico fascinante.
Jij zou een fascinerend fotoalbum hebben gemaakt.
-
Él habría creado una escultura impresionante.
Hij zou een indrukwekkend beeld hebben gemaakt.
-
Nosotros habríamos creado un plan muy detallado.
Wij zouden een zeer gedetailleerd plan hebben gemaakt.
-
Vosotros habríais creado una solución ingeniosa.
Jullie zouden een ingenieuze oplossing hebben gemaakt.
-
Ellos habrían creado una obra de arte extraordinaria.
Zij zouden een buitengewoon kunstwerk hebben gemaakt.
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie:
Kies het juiste woord, lees de zin hardop voor en vertaal.
Toon antwoorden
Toon vertaling
Crear (Condicional perfecto, indicativo)
1.
Vosotros ... una solución ingeniosa.
Vosotros habríais creado una solución ingeniosa.
(Jullie zouden een ingenieuze oplossing hebben gemaakt.)
2.
Yo ... una canción memorable.
Yo habría creado una canción memorable.
(Ik zou een gedenkwaardig lied hebben gemaakt.)
3.
Ellos ... una obra de arte extraordinaria.
Ellos habrían creado una obra de arte extraordinaria.
(Zij zouden een buitengewoon kunstwerk hebben gemaakt.)
4.
Tú ... un álbum fotográfico fascinante.
Tú habrías creado un álbum fotográfico fascinante.
(Jij zou een fascinerend fotoalbum hebben gemaakt.)
5.
Él ... una escultura impresionante.
Él habría creado una escultura impresionante.
(Hij zou een indrukwekkend beeld hebben gemaakt.)
6.
Nosotros ... un plan muy detallado.
Nosotros habríamos creado un plan muy detallado.
(Wij zouden een zeer gedetailleerd plan hebben gemaakt.)
-
yo habría creado
ik zou hebben gemaakt
-
tú habrías creado
jij zou hebben gemaakt
-
él/ella habría creado
hij/zij zou hebben gemaakt
-
nosotros/nosotras habríamos creado
wij zouden hebben gemaakt
-
vosotros/vosotras habríais creado
jullie zouden hebben gemaakt
-
ellos/ellas habrían creado
zij/hun zouden hebben gemaakt
|