Conducir (rijden) - Pretérito indefinido, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs)

 Conducir (rijden) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Conducir - Vervoeging van Rijden in het Spaans: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de verleden tijd, indicatieve wijs (Pretérito indefinido, indicativo).

Pretérito indefinido, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Conducir (rijden) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Lesprogramma: Spaanse les - Transporte (Transport)

Vervoeging van conducir in Pretérito Indefinido

Spaans Nederlands
yo conduje ik reed
tú condujiste jij reed
él/ella condujo hij reed
nosotros/nosotras condujimos wij reden
vosotros/vosotras condujisteis jullie reden
ellos/ellas condujeron zij reden

Voorbeeldzinnen

Spaans Nederlands
Conduje por el carril bici sostenible. Ik reed op het duurzame fietspad.
Condujiste el coche eléctrico al parque. Je reed de elektrische auto naar het park.
Condujo por la zona verde de la ciudad. Hij reed door het groene gebied van de stad.
Condujimos hacia el consejo ecológico. We reden naar de ecologische raad.
Condujisteis en el transporte público preferido. Jullie reden in het favoriete openbaar vervoer.
Condujeron por la carretera hacia la zona verde. Ze reden over de weg naar de groene zone.

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

conduje, condujiste, condujo, condujimos, condujisteis, condujeron

1.
... el coche eléctrico al parque.
(Je reed de elektrische auto naar het park.)
2.
... por la carretera hacia la zona verde.
(Ze reden over de weg naar de groene zone.)
3.
... en el transporte público preferido.
(Jullie reden in het favoriete openbaar vervoer.)
4.
... hacia el consejo ecológico.
(We reden naar de ecologische raad.)
5.
... por el carril bici sostenible.
(Ik reed op het duurzame fietspad.)
6.
... por la zona verde de la ciudad.
(Hij reed door het groene gebied van de stad.)