Comer (eten) - Pretérito perfecto, indicativo (Voltooid tegenwoordige tijd, aantonende wijs) Delen Gekopieerd!

Comer - Vervoeging van eten in het Spaans: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de voltooid tegenwoordige tijd, indicatieve wijs (Pretérito perfecto, indicativo).
Pretérito perfecto, indicativo (Voltooid tegenwoordige tijd, aantonende wijs)
Alle vervoegingen en tijden: Comer (eten) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Lesprogramma: Spaanse les - Alimentación diaria (Dagelijks eten)
Vervoeging van eten in Pretérito perfecto
Spaans | Nederlands |
---|---|
yo he comido | ik heb gegeten |
tú has comido | jij hebt gegeten |
él/ella ha comido | hij/zij heeft gegeten |
nosotros/nosotras hemos comido | wij hebben gegeten |
vosotros/vosotras habéis comido | jullie hebben gegeten |
ellos/ellas han comido | zij hebben gegeten |
Voorbeeldzinnen
Spaans | Nederlands |
---|---|
Yo he comido en la cafetería. | Ik heb in de kantine gegeten. |
Tú has comido una manzana. | Jij hebt een appel gegeten. |
Ella ha comido en la universidad. | Zij heeft op de universiteit gegeten. |
Nosotros hemos comido en el jardín. | Wij hebben in de tuin gegeten. |
Vosotros habéis comido pan en la panadería. | Jullie hebben brood gegeten in de bakkerij. |
Ellas han comido en la oficina. | Zij hebben op kantoor gegeten. |
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie: Kies de juiste vorm.
hemos comido, habéis comido, he comido, ha comido, han comido, has comido
1.
Ellas ... en la oficina.
(Zij hebben op kantoor gegeten.)
2.
Nosotros ... en el jardín.
(Wij hebben in de tuin gegeten.)
3.
Vosotros ... pan en la panadería.
(Jullie hebben brood gegeten in de bakkerij.)
4.
Tú ... una manzana.
(Jij hebt een appel gegeten.)
5.
Ella ... en la universidad.
(Zij heeft op de universiteit gegeten.)
6.
Yo ... en la cafetería.
(Ik heb in de kantine gegeten.)