Aprobar (goedkeuren) - Pretérito imperfecto, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs) Delen Gekopieerd!

Aprobar - Vervoeging van Goedkeuren in het Spaans: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs (Pretérito imperfecto, indicativo).
Pretérito imperfecto, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs)
Alle vervoegingen en tijden: Aprobar (goedkeuren) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Lesprogramma: Spaanse les - Título universitario (Universitaire opleiding)
Vervoeging van goedkeuren in de Pretérito imperfecto
Spaans | Nederlands |
---|---|
(yo) aprobaba | ik keurde goed |
(tú) aprobabas | jij keurde goed |
(él/ella) aprobaba | hij/zij keurde goed |
(nosotros/nosotras) aprobábamos | wij keurden goed |
(vosotros/vosotras) aprobabais | jullie keurden goed |
(ellos/ellas) aprobaban | zij keurden goed |
Voorbeeldzinnen
Spaans | Nederlands |
---|---|
Aprobaba el examen de historia en la escuela primaria. | Ik slaagde voor het geschiedenisexamen op de basisschool. |
Aprobabas las pruebas del colegio con buena nota. | Je haalde goede cijfers voor de toetsen op school. |
Aprobaba todas las asignaturas en la escuela secundaria. | Ik slaagde voor alle vakken op de middelbare school. |
Aprobábamos juntos en el aula durante el bachillerato. | We slaagden samen in het klaslokaal tijdens de middelbare school. |
Aprobabais las materias interesantes con facilidad. | Jullie haalden de interessante vakken gemakkelijk. |
Aprobaban los exámenes gracias a la experiencia y la memoria. | Ze slaagden voor de examens dankzij ervaring en geheugen. |
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie: Kies de juiste vorm.
aprobaban, aprobaba, aprobabais, aprobábamos, aprobabas
1.
... todas las asignaturas en la escuela secundaria.
(Ik slaagde voor alle vakken op de middelbare school.)
2.
... las materias interesantes con facilidad.
(Jullie haalden de interessante vakken gemakkelijk.)
3.
... las pruebas del colegio con buena nota.
(Je haalde goede cijfers voor de toetsen op school.)
4.
... los exámenes gracias a la experiencia y la memoria.
(Ze slaagden voor de examens dankzij ervaring en geheugen.)
5.
... el examen de historia en la escuela primaria.
(Ik slaagde voor het geschiedenisexamen op de basisschool.)
6.
... juntos en el aula durante el bachillerato.
(We slaagden samen in het klaslokaal tijdens de middelbare school.)