Andar (lopen) - Pretérito indefinido, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs)

 Andar (lopen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Andar - Vervoeging van lopen in het Spaans: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de verleden tijd, indicatief. (Pretérito indefinido, indicativo).

Pretérito indefinido, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Andar (lopen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Lesprogramma: Spaanse les - Transporte (Transport)

Vervoeging van andar in Pretérito Indefinido

Spaans Nederlands
yo anduve ik liep
tú anduviste jij liep
él/ella anduvo hij/zij liep
nosotros/nosotras anduvimos wij liepen
vosotros/vosotras anduvisteis jullie liepen
ellos/ellas anduvieron zij liepen

Voorbeeldzinnen

Spaans Nederlands
El domingo anduve por el bosque. Zondag wandelde ik door het bos.
¿Por qué no anduviste por la montaña? Waarom liep jij niet op de berg?
Anduvo ligero por el camino del río. Hij liep snel langs de rivierweg.
Anduvimos cómodos por la ruta del lago. We liepen comfortabel over de route van het meer.
¿Anduvisteis por la vista desde el pico? Jullie liepen langs het uitzicht vanaf de piek
Anduvieron juntos haciendo senderismo. Ze wandelden samen.

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

anduvisteis, anduviste, anduvo, anduvieron, anduve, anduvimos

1.
... cómodos por la ruta del lago.
(We liepen comfortabel over de route van het meer.)
2.
... ligero por el camino del río.
(Hij liep snel langs de rivierweg.)
3.
¿Por qué no ... por la montaña?
(Waarom liep je niet door de bergen?)
4.
¿... por la vista desde el pico?
(Waren jullie bij het uitzicht vanaf de piek?)
5.
... juntos haciendo senderismo.
(Ze wandelden samen.)
6.
El domingo ... por el bosque.
(Zondag wandelde ik door het bos.)