Bijvoeglijke naamwoorden: Bonito, Feo, Bueno, Malo, etc ... Delen Gekopieerd!
Bijvoeglijke naamwoorden zoals mooi, lelijk, goed, slecht, sterk, zwak drukken extreme graden van een kwaliteit uit.
Gramática: Adjectives: Bonito, Feo, Bueno, Malo, etc ...
A2 Spaans Bijvoeglijke naamwoorden: "mooi, lelijk, goed, slecht,..."
Niveau: A2
Module 1: Viajar: ¡A lo desconocido! (Reizen: op avontuur!)
Les 4: En el aeropuerto y en el avión. (Op het vliegveld en in het vliegtuig.)
Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten
Audio en video
- Gebruik bonito, feo om het uiterlijk te beschrijven.
- Gebruik bueno, malo om iets in algemene termen te kwalificeren.
- Gebruik fuerte, débil voor graden van intensiteit.
Adjetivo (Bijvoeglijk naamwoord) | Ejemplo (Voorbeeld) |
---|---|
Bonito | El color del pasaporte es muy bonito. (De kleur van het paspoort is erg mooi.) |
Feo | El piloto es feo. (De piloot is lelijk.) |
Bueno | El vuelo ha sido bueno. (De vlucht was goed.) |
Malo | El mostrador tiene un servicio malo. (De balie heeft een slechte service.) |
Fuerte | El cinturón de seguridad está fuerte. (De veiligheidsgordel is sterk.) |
Débil | El audio es débil. (Het geluid is zwak.) |
Fuerte | La azafata tiene una voz fuerte. (De stewardess heeft een sterke stem.) |
Malo | La instrucción ha sido mala. (De instructie was slecht.) |
Oefening 1: Adjectives: Bonito, Feo, Bueno, Malo, etc ...
Instructie: Vul het juiste woord in.
malo, bonito, bueno, débil, fuerte
Oefening 2: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.
1
bonito
mooi
2
malo
slecht
3
fuerte
strak
4
débil
onrustig