Mover (bewegen) - Pretérito imperfecto, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs) Delen Gekopieerd!

Mover - Vervoeging van bewegen in het Spaans: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs (Pretérito imperfecto, indicativo).
Pretérito imperfecto, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs)
Alle vervoegingen en tijden: Mover (bewegen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Lesprogramma: Spaanse les - Anatomía (Anatomie)
Vervoeging van bewegen in de onvoltooid verleden tijd
Spaans | Nederlands |
---|---|
(yo) movía | ik bewoog |
(tú) movías | jij bewoog |
(él/ella) movía | hij bewoog/zij bewoog |
(nosotros/nosotras) movíamos | wij bewogen |
(vosotros/vosotras) movíais | jullie bewogen |
(ellos/ellas) movían | zij bewogen |
Voorbeeldzinnen
Spaans | Nederlands |
---|---|
Movía la tienda de campaña para mejor sombra. | Ik verplaatste de tent voor meer schaduw. |
Movías el saco de dormir cerca del fuego. | Je verplaatste de slaapzak dicht bij het vuur. |
Movía el mapa para observar el norte. | Ik bewoog de kaart om naar het noorden te kijken. |
Movíamos la mochila al lado del océano. | We verplaatsten de rugzak naast de oceaan. |
Movíais la linterna para ver la luna. | Jullie bewogen de zaklamp om de maan te zien. |
Movían la tienda con cuidado en el campo. | Ze verplaatsten voorzichtig de tent op het veld. |
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie: Kies de juiste vorm.
movíamos, movía, movían, movías, movíais
1.
... el mapa para observar el norte.
(Ik bewoog de kaart om naar het noorden te kijken.)
2.
... la mochila al lado del océano.
(We verplaatsten de rugzak naast de oceaan.)
3.
... la tienda de campaña para mejor sombra.
(Ik verplaatste de tent voor meer schaduw.)
4.
... el saco de dormir cerca del fuego.
(Je verplaatste de slaapzak dicht bij het vuur.)
5.
... la tienda con cuidado en el campo.
(Ze verplaatsten voorzichtig de tent op het veld.)
6.
... la linterna para ver la luna.
(Jullie bewogen de zaklamp om de maan te zien.)