Comprar (kopen) - Pretérito perfecto, indicativo (Voltooid tegenwoordige tijd, aantonende wijs) Delen Gekopieerd!

Comprar - Vervoeging van Kopen in het Spaans: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de voltooid tegenwoordige, aantonende wijs (Pretérito perfecto, indicativo).
Pretérito perfecto, indicativo (Voltooid tegenwoordige tijd, aantonende wijs)
Alle vervoegingen en tijden: Comprar (kopen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Lesprogramma: Spaanse les - Precios y dinero (Prijzen en geld)
Vervoeging van kopen in de voltooid tegenwoordige tijd
Spaans | Nederlands |
---|---|
(yo) he comprado | ik heb gekocht |
(tú) has comprado | jij hebt gekocht |
(él/ella) ha comprado | hij/zij heeft gekocht |
(nosotros/nosotras) hemos comprado | wij hebben gekocht |
(vosotros/vosotras) habéis comprado | jullie hebben gekocht |
(ellos/ellas) han comprado | zij hebben gekocht |
Voorbeeldzinnen
Spaans | Nederlands |
---|---|
He comprado pan en la panadería cerca del hospital. | Ik heb brood gekocht bij de bakkerij dichtbij het ziekenhuis. |
¿Has comprado ya en la farmacia hoy? | Heb jij vandaag al in de apotheek gekocht? |
Ha comprado fruta fresca en la cafetería. | Hij/zij heeft verse fruit gekocht in de cafetaria. |
Hemos comprado entradas en la oficina de correos. | Wij hebben kaartjes gekocht op het postkantoor. |
¿Habéis comprado libros en la biblioteca? | Jullie hebben boeken in de bibliotheek gekocht |
Han comprado combustible en la gasolinera esta tarde. | Zij hebben vanmiddag brandstof bij het tankstation gekocht. |
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie: Kies de juiste vorm.
habéis comprado, ha comprado, han comprado, he comprado, hemos comprado, has comprado
1.
... fruta fresca en la cafetería.
(Hij/zij heeft verse fruit gekocht in de cafetaria.)
2.
... entradas en la oficina de correos.
(Wij hebben kaartjes gekocht op het postkantoor.)
3.
... pan en la panadería cerca del hospital.
(Ik heb brood gekocht bij de bakkerij dichtbij het ziekenhuis.)
4.
¿... ya en la farmacia hoy?
(Heb je vandaag al in de apotheek gekocht?)
5.
... combustible en la gasolinera esta tarde.
(Zij hebben vanmiddag brandstof bij het tankstation gekocht.)
6.
¿... libros en la biblioteca?
(Hebben jullie boeken in de bibliotheek gekocht?)