Celebrar (vieren) - Presente, indicativo (Tegenwoordige tijd, aantonende wijs)

 Celebrar (vieren) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Celebrar - Vervoeging van vieren in het Spaans: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige tijd, indicatief (Presente, indicativo).

Presente, indicativo (Tegenwoordige tijd, aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Celebrar (vieren) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Lesprogramma: Spaanse les - Decir tu edad (Je leeftijd zeggen)

Vervoeging van vieren in de tegenwoordige tijd

Spaans Nederlands
yo celebro ik vier
tú celebras jij viert
él/ella celebra hij viert
nosotros/nosotras celebramos wij vieren
vosotros/vosotras celebráis jullie vieren
ellos/ellas celebran zij vieren

Voorbeeldzinnen

Spaans Nederlands
Yo celebro mi cumpleaños hoy. Ik vier mijn verjaardag vandaag.
Tú celebras tus logros con una fiesta. Je viert je successen met een feest.
Él celebra su victoria en el torneo. Hij viert zijn overwinning in het toernooi.
Nosotros celebramos juntos cada año. Wij vieren elk jaar samen.
Vosotros celebráis la navidad en familia. Jullie vieren Kerstmis met de familie.
Ellos celebran el aniversario de su boda. Zij vieren hun huwelijksverjaardag.

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

celebro, celebras, celebra, celebramos, celebráis, celebran

1.
Ellos ... el aniversario de su boda.
(Zij vieren hun huwelijksverjaardag.)
2.
Nosotros ... juntos cada año.
(Wij vieren elk jaar samen.)
3.
Yo ... mi cumpleaños hoy.
(Ik vier mijn verjaardag vandaag.)
4.
Él ... su victoria en el torneo.
(Hij viert zijn overwinning in het toernooi.)
5.
Vosotros ... la navidad en familia.
(Jullie vieren Kerstmis met de familie.)
6.
Tú ... tus logros con una fiesta.
(Je viert je successen met een feest.)